hoe heet de hond van kuifje?
Mary Taylor
- 0
- 57
Bobbie is een kortharige fox-terriër, met een atypische witte vacht. Vanaf het eerste album en zelfs het eerste vakje is Bobbie van de partij. Zijn bestaan is onlosmakelijk verbonden met dat van Kuifje, zowel in goede als in kwade dagen. Bobbie is zelfs bereid om te sterven op het graf van zijn doodgewaande vriend.
Hoe heet de hond van Kuifje in het Frans?
Bobbie is de Nederlandstalige naam voor de hond van Kuifje in De avonturen van Kuifje van de Belgische striptekenaar en scenarist van stripverhalen Hergé (1907-1983). Milou is de oorspronkelijke, Franse naam. Milou was de troetelnaam van een jeugdliefde van Hergé, Marie-Louise Van Cutsem. In het Duits heet hij Struppi en in het Engels Snowy. Bobbie werd voor het eerst door Hergé afgebeeld in 1928 in uitgave 7 van dat jaar van het Belgische satirische tijdschrift le Sifflet.
- Op 30 december 1928, vijf nummers later, wordt hij in de eerste ballonstrip die Hergé ooit publiceerde, afgebeeld met een jongen;
- De strip sloeg aan en Hergé wordt door zijn baas abbé Norbert Wallez van de Belgische rooms-katholieke en conservatieve krant Le Vingtième Siècle opgedragen met deze twee figuren een vervolgstrip te maken;
Op 4 januari 1929 verschijnt de hond voor het eerst als Milou in de krant, in een vooraankondiging van de eerste strip van Kuifje , toen nog alleen Tintin geheten. [1] Bobbie is een draadharige, witte foxterriër. Hij is de trouwe kameraad van Kuifje en komt al in het eerste album, Kuifje in het land van de Sovjets , voor.
- In de stripverhalen blijken de gedachten van Bobbie uit tekstballonnen;
- In de televisieserie is dit niet het geval;
- In een aantal Kuifje-strips heeft Bobbie een belangrijke rol door Kuifje tijdig van vijandige personen te redden (bijvoorbeeld door hem wakker te likken of de vijand aan te vallen);
Bobbie is een bijzonder dappere hond, die vaak zonder aarzeling schurken, vele malen groter dan hijzelf, aanvalt. Bobbie heeft echter ook zo zijn karakterfouten. Net als kapitein Haddock vergrijpt hij zich, als de kans zich voordoet, aan alcohol. Daarnaast is hij bang voor spinnen.
Hoe heet Kuifje in het Engels?
Kuifje in dialecten en andere talen Tintin: Arabisch (تان تان), Bretons, Brussels, Deens, Engels, Frans, Hebreeuws (טין טין), Hongaars, Indonesisch, Italiaans, Luxemburgs, Nederlands (1940-1944), Noors, Pools, Roemeens, Russisch (Тантан, Тинтин), Slowaaks, Tsjechisch, Vietnamees, Welsh, Zweeds en andere talen.
Hoe wordt het hondje van Kuifje?
Bobbie = – bobbie is de hond van Kuifje in de strips van Hergé. Milou is de originele (Franse) naam van bobbie. In het Duits heet hij Struppi. In het Engels heet hij Snowy.
Hoe heet Kuifje in het Duits?
Kuifje zelf heette tot nu toe in vrijwel alle talen Tintin, behalve in het Nederlands, het Afrikaans (Kuifie) en het Duits (Tim): in het Fries luistert hij naar de naam Tufke.
Hoe heet Bobbie in het echt?
Obi-Wan Finale – The Loop
Bobbie | |
---|---|
Alias | Super sneeuw |
Kenmerken | Witte Foxterriër |
Eerste verschijning | Kuifje in het Land van de Sovjets |
Nationaliteit | Belgisch |
.
Hoe heette Kuifje in 1928?
Vandaag wordt Kuifje (de stripfiguur van Hergé) negentig en ter ere daarvan laat het Algemeen Dagblad een Kuifje -liefhebber aan het woord. Die brengt natuurlijk ook even de taal van Kuifje ter sprake. De liefhebber steekt in dat verband vooral de loftrompet over het personage Kapitein Haddock en diens ‘creatieve manier van schelden’.
Over hem zegt hij: Hij heeft natuurlijk de gevleugelde woorden ‘duizend bommen en granaten’ aan onze taal toegevoegd. Is dat waar? Van Dale vermeldt duizend bommen en granaten! bij zowel het lemma bom als granaat en verklaart deze uitdrukking als volgt: Gewoonlijk grappig bedoelde krachtterm ( de meestgebruikte krachtterm van kapitein Haddock uit de Kuifje-strip ) De eerste Kuifje -strip verscheen weliswaar op 10 januari 1928, dus 90 jaar geleden, maar uitsluitend in het Frans.
De eerste Kuifje -strip in het Nederlands verscheen pas eind 1940 in de Belgische krant Het Laatste Nieuws. Kuifje heette toen zelfs nog geen Kuifje, maar – net als in het Frans – Tintin. Als het waar is dat Kapitein Haddock onze woordenschat uitgebreid heeft met duizend bommen en granaten! kan die uitdrukking niet vóór 1940 bekend zijn geweest.
Dat is echter wél het geval. De oudste bron in de historische krantendatabank Delpher is de Javasche courant van 12 januari 1842. In een uit het Frans vertaald feuilleton zegt iemand tegen een generaal die weigert te vluchten voor zijn vijanden: Maar bij God, duizend bommen en granaten, ik wil niet dat zij u ter dood brengen.
Terwijl hij dit zegt, neemt Boudier den generaal, met deken en lakens, in zijne gespierde armen op, even als een kind in een pak, werpt hem op zijn schouder en snelt met hem de trappen af. De uitdrukking gaat mogelijk terug op de versterking bij duizend bommen en granaten zweren (een militaire variant van bij alles wat heilig is zweren , die al aan het begin van de 19e eeuw is aangetroffen.
- De krachtterm duizend bommen en granaten! is dus niet door Kapitain Haddock in de Kuifje -strip in onze taal geïntroduceerd;
- Er waren in de 19e eeuw zelfs al varianten in omloop, zoals duizend bommen en kanonnen! honderd bommen en kanonnen! en simpelweg duizend bommen! (mogelijk is dat de oudste variant en hebben we de uitdrukking dus aan het Frans ontleend: mille bombes! );
De uitdrukking is in het pre- Kuifje -tijdperk onder meer aangetroffen in een kinderboek over Dik Trom (1899): ‘Rikketik, rikketik, rikketik!’ ‘ Duizend bommen en granaten!’ riep Flipsen, die vroeger in dienst was geweest. ‘Daar heb-je dat getik al weer! Vrouw, ga eens kijken, of er ook iemand is.
Wat is de beste Kuifje?
Als kind raakte Maarten gegrepen door de Kuifje-albums. Nog steeds leest hij ze graag. ‘Ik lach nu al 63 jaar om Slagerij Van Kampen. ‘ Door Maarten van Rossem Uit Maarten! 2020-1. Bestel het nummer hier! Om redenen die mij nooit duidelijk zijn geworden, mocht ik in mijn jonge jaren, zo halverwege de jaren vijftig, onbeperkt lezen bij Kniphorst’s Wetenschappelijke Boekhandel in Wageningen.
Mijn vader kocht daar weliswaar boeken, maar nooit in grote hoeveelheden. Zelf kocht ik vrijwel nooit een boek, omdat ik daar het geld niet voor had. Zelfs de aankoop van een Prismapocket, die toen 1,25 gulden kostte, was een zaak waarover lang moest worden nagedacht.
Daardoor was het wel zo dat ik elk boek dat ik kocht ook daadwerkelijk las, wat nu al lang niet meer het geval is. Bij Kniphorst las ik zittend op een trapje met een zitje aan de bovenkant. Ik las van alles en nog wat, maar had mijn favorieten. Op de tweede plank van onderen, ongeveer halverwege aan de oostkant van de winkel, stonden de Kuifje -albums, ingenaaid met harde kaft.
Te duur om te kopen. Dat Kniphorst Kuifje verkocht, maakte duidelijk dat het hier om officieel goedgekeurde stripverhalen ging. Kapitein Rob, Eric de Noorman of Donald Duck zocht je er tevergeefs; daarvoor moest je naar een kiosk.
Ik zwijg van De Onbekende Stille en Dick Bos ; die kreeg je alleen in handen als beduimelde exemplaren van je klasgenoten. Stripverhalen waren in principe allemaal verdacht en afkeurenswaardig, al kon het mijn ouders niets schelen wat ik las. In 1956 was De Zaak Zonnebloem het nieuwste Kuifje -avontuur.
Ik heb het direct meerdere malen gelezen en vond het prachtig. Sinds dat verre verleden heb ik het talloze malen herlezen en ik vind het nog steeds prachtig. Ik lach nu al 63 jaar om Slagerij Van Kampen. Dat De Zaak Zonnebloem gemodelleerd is naar de wapenwedloop tijdens de Koude Oorlog, zag ik in 1956 helemaal niet.
Op De Zaak Zonnebloem volgden Cokes in Voorraad en Kuifje in Tibet. Naar mijn idee zijn die drie avonturen het absolute hoogtepunt van het oeuvre van Hergé, de geestelijk vader van Kuifje. Hergé zelf vond Kuifje in Tibet zijn beste werk. Suske en Wiske en Asterix kunnen niet in zijn schaduw staan De laatste drie avonturen van Kuifje vond ik minder.
- Het onvoltooide Kuifje en de Alfakunst kan ik niet beoordelen, al geeft het wel een goed idee van de manier waarop zo’n gecompliceerd stripverhaal tot stand kwam;
- Misschien kon ik die laatste drie niet meer lezen met de onkritische gulzigheid waarmee een kind leest;
Laat ik hier meteen duidelijk maken dat ik vond, en vind, dat Suske en Wiske en Asterix niet in de schaduw van Kuifje kunnen staan. De enige die op dezelfde hoogte als Hergé opereerde, was in die jaren Franquin, al tekende die in een geheel andere stijl dan Hergé, die overigens een groot bewonderaar van Franquin was.
- Het is lastig te zeggen waarom de beste Kuifje- avonturen zo goed zijn;
- Lang niet alle Kuifjes zijn overigens van hoog niveau – waarover later meer;
- Allereerst is er de tekenstijl, de veel geroemde en nagevolgde ‘klare lijn’;
De tekeningen zijn zeer gedetailleerd, maar nooit druk of rommelig. Ook zonder kleur blijven ze rechtovereind. Zeker de latere albums zijn gemaakt naar een voortreffelijk scenario, met een gewiekste afwisseling van spanning en humor. De bijfiguren die Hergé in de loop der jaren kennelijk deels per toeval creëerde zijn, afgezien van de steeds onmisbare boeven, zonder uitzondering sympathieke en zeer amusante karikaturen.
De onmisbare verstrooide professor (er valt te promoveren op een studie naar verstrooide of juist satanische professoren in stripverhalen), de alcoholist met een hart van goud, twee oliedomme detectives en een irritante Belgische burgerman.
En dan is er het raadsel-Kuifje. Kuifje is een ouderwets geklede kruising tussen Tom Poes en James Bond. Hij is niet oud en eigenlijk ook niet echt jong, ook al is hij geboren als een jonge Belgische reporter. Kuifje heeft geen familie en geen vriendin. Afgezien van Bianca Castafiore spelen vrouwen nauwelijks een rol in zijn avonturen.
Sinds zijn geboorte is hij niet ouder geworden. Dat geldt ook voor de supporting cast. Iedereen die ertoe doet in het Kuifje-universum is onsterfelijk. Geen wezen heeft ooit zo vaak voor een vuurpeloton gestaan als Kuifje en is ongedeerd gebleven.
Net als James Bond wordt Kuifje eindeloos beschoten, bewusteloos geslagen of geboeid, zonder ernstige gevolgen. Hij wordt weleens geraakt, maar veel stelt dat niet voor. Zijn uithoudingsvermogen en inventiviteit op onmogelijke momenten zijn bovenmenselijk.
Een normaal mens is Kuifje in elk geval niet. Bobbie is veel menselijker dan zijn baas. Hij raakt gemakkelijk afgeleid en is verbazend drankzuchtig. Bij dit alles heb ik Kuifjes belangrijkste assistent – zijn unieke, meedenkende hond Bobbie – nog niet genoemd.
Natuurlijk is ook Bobbie onsterfelijk. Zit Kuifje werkelijk diep in de penarie, dan is er altijd Bobbie, die zowel tactisch als strategisch over unieke talenten beschikt. De touwen doorbijten waarmee Kuifje is gekneveld, is wel de minste van zijn activiteiten.
Gek genoeg is Bobbie veel menselijker dan zijn baas. Hij raakt gemakkelijk afgeleid als er een verleidelijk bot in het spel is en is verbazend drankzuchtig. Het aantal keren dat Bobbie dronken wordt, is verrassend groot.
Bobbie geeft ook met enige regelmaat filosofisch commentaar op de gebeurtenissen. Als Kuifje fanatiek en onvermoeibaar bezig is, mompelt Bobbie onder zijn snorharen: ‘Moet dat nou? Kan het niet wat minder?’ Er is nog iets vreemds aan de hand in de wereld van Kuifje: het is een wereld van voor de zondeval. Dat klinkt vreemd, omdat Kuifje al decennia bezig is vreselijke boeven te bestrijden, maar toch is dat zo. De lezer weet immers dat het altijd in orde zal komen, hoe dramatisch de aanhoudende cliffhangers ook zijn. Kuifje is onsterfelijk; in zijn wereld speelt de tijd geen rol.
En een tijdloze wereld is een paradijselijke wereld. Er vallen (bijna) nooit doden in de avonturen van Kuifje. Er is eenmaal sprake van een zelfmoord (in Mannen op de Maan ), maar die schijnt verzonnen te zijn door iemand die Hergé hielp met het scenario.
Wraakzucht komt in Kuifjes hoofd nooit op. Hij is vergevingsgezinder dan de Here Jezus. Wraakzucht komt in Kuifjes hoofd nooit op. Hij is vergevingsgezinder dan de Here Jezus. In Tibet rukt een heel klooster uit om hem te prijzen vanwege zijn ‘zuiver hart’. Kuifjes ware wereld is het idyllische landschap met twee roodborstjes, waar hij op zijn brommertje doorheen rijdt in de eerste scène van Kuifje en de Picaro’s.
Hergé – pseudoniem van Georges Remi (1907-1983) – werd geboren in het Belgische Etterbeek, in een conservatief, rooms-katholiek gezin aan de onderkant van de middenklasse. Hij had een melancholieke jeugd, naar hij later zelf zei: een grijs leven, in een grijze familie in een grijze omgeving.
Hergé was zeker niet voor het geluk geboren; hij was een tobber die geteisterd werd door de demon van de zuiverheid. Hij wilde wel zuiver leven, maar dat lukte niet en daarover voelde hij zich altijd schuldig. Daarom had zijn held wellicht zo’n zuiver hart.
Georges Remi was een intelligent kind – op de middelbare school de beste van zijn klas. De diepste wortel van zijn creatieve leven was merkwaardig genoeg de padvinderij, waar hij op 12-jarige leeftijd lid van werd.
Zijn naam als padvinder was Renard Curieux. Al in zijn padvindersjaren was duidelijk dat Remi goed kon tekenen, en dat talent werd in die omgeving ook gestimuleerd. Hij maakte illustraties in Le Boy- Scout Belge, die hij vanaf zijn zeventiende signeerde met ‘Hergé’.
- Daarin begon hij in 1926 ook met een strip over de avonturen van een padvinder die Totor heette;
- Hier ligt ongetwijfeld de oorsprong van Kuifje, die immers in de oorspronkelijk Franse versie Tintin heet;
Wat is Kuifje anders dan de beste en zuiverste padvinder ter wereld? Als er iemand een leven lang oude, hulpeloze dametjes heeft geholpen bij het oversteken, dan is het wel Kuifje. Hergé had na één dag begrepen dat de kunstacademie niets voor hem was. Zijn ambitie was een echte strip in een echte krant.
Na een ontmoeting in 1927 met Abbé Norbert Wallez, die hoofdredacteur was van Le Vingtième Siècle, kreeg Hergé een baan bij de kinderkrant van het dagblad: Le Petit Vingtième. Daar begon hij op 10 januari 1929 met een strip over een jonge Belgische reporter, genaamd Tintin.
Abbé Wallez was uiterst conservatief en een groot bewonderaar van Benito Mussolini – in die jaren overigens een volkomen normale zaak. Wallez had Hergé overgehaald zijn eerste echte strip te gebruiken voor anticommunistische propaganda. Dat werd Kuifje in de Sovjet-Unie.
Een fraai stripverhaal heeft dat allerminst opgeleverd; het is een wat zonderlinge eerste oefening. Hier en daar wordt wel duidelijk dat Hergé talent heeft, maar het verhaal is niet samenhangend en de arbitraire toevalligheden (een duikerpak in een gevangeniscel) rijgen zich aaneen.
Van een duidelijk scenario is kennelijk nooit sprake geweest. Elke vorm van waarschijnlijkheid ontbreekt. De kracht van de latere avonturen van Kuifje is nu juist dat ze ondanks alle onwaarschijnlijkheden toch tot op zekere hoogte waarschijnlijk zijn. Het avontuur in de Sovjet-Unie werd gevolgd door Kuifje in de Congo (Nederlandse editie: Kuifje in Afrika ).
Dat had Wallez gedacht als propaganda voor het Belgische kolonialisme. Toen Hergé in later jaren beroemd was geworden, werd het infantiele en reactionaire karakter van zijn eerste strips hem verweten. Daarbij wordt de context geheel vergeten.
Hergé was een jonge, conservatieve Belg, die publiceerde in een reactionaire krant. Nadat hij in de Congo een afgod was geworden, vertrok Kuifje naar Amerika , waar hij op lastige momenten in het verhaal tot driemaal toe door een valluik in de grond viel.
- Erg subtiel waren de plotwendingen nog niet;
- De avonturen in de Congo en Amerika zijn na de wonderlijke gebeurtenissen in de Sovjet-Unie al een enorme stap voorwaarts als het gaat om striptechniek;
- Desalniettemin zijn deze avonturen voor de echte stripliefhebber onaangenaam klunzig getekend en ontbreekt alle subtiliteit;
Achtergronden zijn niet of nauwelijks uitgewerkt. Het is nog steeds het werk van een beginneling. Met de eerste volwassen strip die Hergé produceerde, begon hij in 1934. De Blauwe Lotus , zoals dat verhaal heet, speelt in China ten tijde van de Japanse bezetting van een groot deel van dat land.
- Er is nu sprake van een duidelijke verhaallijn, en Hergé had zich terdege verdiept in de plaatselijke omstandigheden;
- Het schijnt dat een jonge Chinees die Hergé in deze jaren had leren kennen het project sterk heeft beïnvloed;
De kenners spreken van een meesterwerk, al prefereer ik Hergés tekenstijl van de jaren vijftig. Binnen vijf jaar had hij enorme vorderingen gemaakt. Ik sla hier De Sigaren van de Farao en De Zwarte Rotsen over, omdat die beide avonturen in de jaren vijftig en zestig grondig zijn herzien.
Met een satire op het agressieve gedrag van Hitler en Mussolini, wijst uit dat Hergé geen enkele sympathie had voor het fascisme Het Gebroken Oor , De Krab met de Gulden Scharen en De Geheimzinnige Ster zijn naar mijn mening niet veel zaaks.
Matig tot slecht getekend en ongeïnspireerd. De Geheimzinnige Ster vond ik als kind al een waardeloos verhaal. Tussen die drie zit De Scepter van Ottokar , en dat is merkwaardig genoeg wel weer een prima verhaal, en bovendien een satire op het agressieve gedrag van Adolf Hitler en Mussolini.
Musstler, de dictator van het gewelddadige Bordurië, dreigt het vreedzame Syldavië binnen te vallen en dat wordt natuurlijk door Kuifje verhinderd. Het verhaal bewijst in elk geval zonneklaar dat Hergé geen enkele sympathie had voor het fascisme.
Met de verschijning van Het Geheim van de Eenhoorn is Hergé evident volleerd. De avonturen van Kuifje staan vanaf dat moment op een constant hoog niveau, zij het dat ze toch in de loop van de jaren vijftig nog iets beter worden. Dat leidt dan tot de al eerder gememoreerde drie meesterwerken van de late jaren vijftig, en het enige plaatje waarop Kuifje tranen op zijn wangen heeft (in Kuifje in Tibet ). De oorlogsjaren, maar vooral de eerste jaren na de oorlog, verliepen voor Hergé traumatisch. De Duitse bezetter stopte in 1940 de publicatie van Le Vingtième Siècle. Dat maakte Hergé rodeloos. Hij besloot te verkassen naar Le Soir , een krant met een enorme oplage, wat Hergé wel een aantrekkelijk idee vond. Le Soir werd echter gecontroleerd door de bezetter.
- Hergé werd daarom door het verzet aangemerkt als collaborateur;
- Na het vertrek van de Duitsers werd hij gearresteerd en zat hij een nacht in de cel;
- Er verscheen een satire op Kuifje: Tintin in het Land van de Nazi’s;
In december 1945 werd de zaak tegen Hergé geseponeerd omdat hij als kinderboekenschrijver niet veel kwaad had gedaan. Ondanks het ontslag van rechtsvervolging bleef het verwijt van collaboratie hem echter nog jaren achtervolgen. Ja, zei Hergé, ik heb doorgewerkt tijdens de oorlogsjaren, maar dat deden de bakkers en de machinisten ook, en dat waren geen collaborateurs.
Waarom was ik het dan wel? Hij heeft het België nooit vergeven. Was Hergé fout? Hij heeft na de oorlog ook verklaard dat hij aanvankelijk wel wat zag in de Nieuwe Orde die de schijnbaar onoverwinnelijke Duitsers in 1940 leken te zullen vestigen.
Dat was een grote fout, vond hij zelf. Hergé was zeker geen actieve fascist; hij was als zovelen, als de overgrote meerderheid in feite, geen uitgesproken politieke figuur, die zijn zeilen naar de wind had gezet. Na zijn drie meesterwerken van de late jaren vijftig nam de productie van Hergé sterk af.
Hij leek zijn interesse in zijn metier deels te verliezen. Begin jaren zestig raakte hij geïnteresseerd in moderne kunst. Ten slotte besloot hij zelf te gaan schilderen; hij nam les en produceerde 37 abstracte doeken.
Deskundigen zeiden dat hij talent had. Een nog veel deskundiger vriend zei dat hij er beter aan deed weer met schilderen op te houden. Abstracte schilderijen maken – ach, dat kon immers iedereen. Maar zijn fenomenale strips, dat was pas echte, grote kunst. .
Wat is de echte familienaam van de tekenaar van de strips Kuifje?
Hergé, pseudoniem van Georges Prosper Remi Remi (Etterbeek, 22 mei 1907 – Sint-Lambrechts-Woluwe, 3 maart 1983), was een Belgisch striptekenaar en scenarist van stripverhalen, die vooral bekend is als schepper van De avonturen van Kuifje.
Hoe heet de kapitein die bevriend was met Kuifje?
Haddock is vast en zeker een van de meest geliefde personages uit de avonturen van Kuifje. En dat ondanks zijn opvliegendheid, zijn bijwijlen grove taal, zijn zwakheden, zijn onhandig gedrag. Want die maken van hem nu net zo’n levensecht personage. Met graagte wordt hem een slecht karakter toegedicht, maar in wezen heeft hij een gouden hart.
Hoe heet de hond van Suske en Wiske?
Tobias is een regelmatig terugkerend nevenpersonage uit de Suske en Wiske -stripreeks. Tobias speelt ook een rol in De Kronieken van Amoras. Hij is een klein hondje met een karakteristieke grote snor, dat voor het eerst in Het hondenparadijs zijn opwachting maakte.
- Tobias speelt op onregelmatige basis een belangrijke bijrol door zijn dapperheid;
- Zo keert hij in Amoris van Amoras samen met andere figuren terug uit het rijk der geesten (zonder verklaring hoe hij ginds is gekomen) en kan tot verrassing van Suske en Wiske praten;
Bij latere verschijningen is hij dat spraakvermogen weer kwijt. Door zijn gevoelige blaas wil Tobias nog weleens een plasje gaan doen op momenten dat het eigenlijk niet uitkomt, maar dit is ook weleens de redding van een gevaarlijke situatie.
Wat is de leeftijd van Kuifje?
Personage [ ] – Kuifje kechbe maakt zijn eerste verschijning in Kuifje in het Land van de Sovjets (1929-1930). Hij is hier een reporter en maakt een rapportage over de Bolsjewieken van de Sovjets-Rusland met zijn trouwe hond Bobbie. Kuifje wordt als snel een onderzoeksjournalist en bestrijd de misdaad, de drugsmokkelaars en de huurlingen.
- Kuifje is fysiek vrij sterk, soms slaat hij een crimineel met een stoot bewusteloos;
- En hij breekt een deur door met een houtenbalk aan het plafond vastgebonden in Het Geheim van de Eenhoorn;
- Hergé heeft Kuifje’s nationaliteit nooit bevestigd, maar het verwijst naar Belgisch aangezien hij in Brussel woont;
De straten van Brussel zijn duidelijk te herkennen in het decor van Het Geheim van de Eenhoorn en Cokes in Voorraad. Hergé heeft ook nooit verteld welke leeftijd Kuifje is, maar de boeken laten hem zien als een jong volwassene, beschaafd, werelds en volkomen verantwoordelijk.
In de eerdere avonturen wonen Kuifje en Bobbie in een appartement, maar later lijkt het alsof hij woont bij kapitein Haddock in een van zijn logeerkamers, in Molensloot. De indruk wekt dat kuifje oud genoeg is om geen ouders meer nodig te hebben en school.
In het Geheim van de Eenhoorn staat in Kuifjes paspoort dat hij is geboren in 1929. Dit was het jaar waarin hij voor het eerst verscheen. Kuifje wordt ingeschat op een leeftijd van 15, maar op de officiële website van Kuifje staat tussen de 16 en 18 jaar oud.
Hergé maakt gebruik van een zwevende tijdlijn in de Avonturen van Kuifje. Hierdoor veranderd de wereld, maar wordt Kuifje niet ouder. Kuifje is een goed opgeleide, intelligente en goedhartig. Deze eigenschappen kunnen niet worden aangetast.
Hij is efficiënt en verantwoord, rookt niet, drinkt niet. Ook is hij atletisch en kan bijna elk voertuig zeer goed besturen. Het laatste onvoltooide verhaal; Kuifje en de Alfa-Kunst wordt hij naar zijn cel geleid en gedood. Maar het is zeer aannemelijk dat als Hergé niet was overleden en het verhaal had afgemaakt, Kuifje het had overleefd.
Waar komt Tintin vandaan?
De avonturen van Kuifje | ||
---|---|---|
Les Aventures de Tintin | ||
Land van oorsprong | België | |
Oorspronkelijke taal | Frans | |
Genre | Avonturenstrip Humoristische strip Politieke strip Satirische strip Detectivestrip | |
Creatieteam | ||
Schrijver(s) | Hergé | |
Tekenaar(s) | Hergé , met bijdragen van onder anderen Bob De Moor , Jacques Martin , Edgar P. Jacobs en Roger Leloup | |
Publicatie | ||
Uitgever | Le Vingtième Siècle Casterman | |
Publicatie | 1929–1983 | |
Publicatiemedia | Stripboeken | |
Huidige status | Gestopt | |
Eerste publicatie | Kuifje in het land van de Sovjets | |
Laatste publicatie | Kuifje en de Alfa-kunst | |
Voorafgegaan door | Totor, P. van de Meikevers | |
Website | ||
|
De avonturen van Kuifje ( Frans : Les Aventures de Tintin ) is een stripreeks over de fictieve reporter Kuifje , getekend door de Belgische scenarist en striptekenaar Hergé (1907-1983). De reeks startte als krantenstrip in 1929 en het eerste album verscheen in 1930. De reeks verscheen ook in weekbladen. Het eerste Nederlandstalige album verscheen in 1946. Van een aantal albums werden in de loop der jaren vernieuwde versies uitgegeven. In maart 2014 waren Kuifje -albums verschenen in 110 talen en dialecten en waren er wereldwijd in totaal meer dan 230 miljoen albums verkocht.
Hoe heet de hond van Garfield?
Odie | ||
---|---|---|
Personage uit Garfield | ||
Debuut | De strip van 8 augustus 1978 | |
Bedacht door | Jim Davis | |
Gespeeld door | Gregg Berger (“stem” in animatieserie en tv-specials) Echte hond(en) in de live-action films | |
Persoonsinformatie | ||
Soort | Hond ( Beagle ) | |
Geslacht | Man | |
Geboorteland | Verenigde Staten | |
Nationaliteit | Amerika | |
|
Odie is een fictieve hond van het ras Beagle uit de stripserie Garfield van Jim Davis. Verder deed hij mee in Garfield and Friends en de twee live-action films. Odie is een aardige maar zeer domme hond met een gele vacht en bruine oren. In de live-action films wordt hij echter gespeeld door een dashond. Hij heeft een grote tong die altijd uit zijn bek hangt.
Hoeveel Kuifje auto zijn er?
Aanvankelijk zou de serie uit 28 modellen bestaan maar door het succes werd dat al snel uitgebreid tot uiteindelijk 70 stuks.
Hoe vaak mag pup kluif?
Snacks voor langer kauwplezier – Soms wil je jouw pup ook belonen met een snack waar hij of zij langer op kan kauwen, in plaats van dat de snack hap-slik-weg is. Ook voor de baasjes kan het weleens fijn zijn als de pup rustig zelf ergens mee bezig is. Ook hierbij moet op een aantal dingen worden gelet:
- In principe is een grote kluif in verband met verstikkingsgevaar beter. Een grote kluif hoeftniet in éen keer op te zijn, meestal kan deze vaker worden gebruikt.
- In verband met verstikkingsgevaar is het ook belangrijk dat de kluif niet afbrokkelt of te glad wordt.
- Ook hier is het weer belangrijk dat de kluif niet te hard is. Je wilt voorkomen dat het gebit slijt of dat tanden afbreken.
- Geef liever geen kluiven van gedroogd bot. Als het spijsverteringsstelsel van jouw pup nog niet is volgroeid kan het calcium in het bot namelijk ervoor zorgen dat er diarree of juist verstopping ontstaat. Geef liever een kauwbot gemaakt van gedroogd spiervlees.
Als jouw pup niet stopt totdat het bot op is, pak het dan af en laat hem of haar vooral niet alleen met het laatste stukje. Dit onder andere in verband met verstoppingen. Voorbeelden van snacks waarop langer kan worden gekauwd zijn: runderkophuid stukjes, lamsoren, runderoor met vleespit, hertenoren etc..
Hoe vaak mag een pup een kluif?
Hoe vaak mag een pup een kluif? – Begin met één keer per week en haal het bot na 5 minuten weg. Dan ga je naar 2 x per week. Na een tijdje kan je het langer geven 10, 15 of 20 minuten. En als je hond helemaal gewend is kan je 2 x per week een half uur een bot aan je hond geven.
Hoe oud moet een pup zijn voor een bot?
Van harte gefeliciteerd met uw nieuwe pup! Omdat er de eerste tijd veel gebeurt in het leven van uw pup hebben wij deze informatie verzameld. Mocht u na het lezen van deze pagina nog vragen hebben, neem dan vooral contact met ons op. Wij helpen u graag telefonisch of op de praktijk verder.
- Op 6 weken is uw hond gevaccineerd tegen Canine Distemper en Parvo.
- Op 9 weken volgt een vaccinatie tegen Parvo en de ziekte van Weil. Eventueel kan daaraan een enting tegen kennelhoest worden toegevoegd: deze enting wordt aanbevolen voor honden die veel in contact komen met andere honden (zoals in het pension of op cursus) of die uit worden gelaten op plekken waar veel andere honden komen.
- Op 12 weken volgt de laatste enting tegen Parvo, Canine Distemper, Adenovirus en de ziekte van Weil.
De hierboven genoemde ziektes komen veelvuldig voor bij niet-gevaccineerde honden en kunnen naast ernstige ziektes leiden tot overlijden op (zeer) jonge leeftijd. Enten voorkomt deze ziektes. In individuele gevallen kan worden afgeweken van het standaard entschema, bijvoorbeeld bij ziekte. Mocht dit bij uw pup het geval zijn dan passen wij het schema aan op de individuele behoefte van uw hond. Op reis Als uw hond meegaat naar het buitenland moet hij ook worden gevaccineerd tegen Rabiës (hondsdolheid).
- Vaccinaties Pups worden in Nederland volgens een standaard entschema geënt op 6, 9 en 12 weken leeftijd;
- Deze enting kan vanaf 12 weken worden gegeven en is 2 jaar geldig;
- Voor de meeste landen geldt dat uw hond de grens mag passeren vanaf 21 dagen na vaccinatie;
Om problemen bij de grens te voorkomen, raden wij u aan ongeveer een maand voor vertrek contact met ons op te nemen zodat wij u kunnen adviseren op basis van de nieuwste regelgeving per land: die kan, zelfs binnen Europa, per land verschillen. Reist u met uw huisdier naar een land buiten Europa, dan kan een veel uitgebreidere voorbereiding noodzakelijk zijn.
Bijvoorbeeld verplichte bloedtesten. Het is dan ook verstandig ons te bellen zodra u weet dat u plannen in die richting heeft omdat soms een voorbereiding van maanden nodig is. Chippen Tegenwoordig is het verplicht elke hond in Nederland te laten chippen vóór 7 weken oud.
Deze chip wordt geregistreerd op naam van de eigenaar. Ook wordt het paspoort gekoppeld aan de chip van uw huisdier. Het is belangrijk de gegevens bij te werken zodat er bij vermissing contact met u kan worden opgenomen door dierenartsen en asiels. Ook bij het reizen met uw huisdier wordt deze chip soms gecontroleerd.
- Ontwormen Pups worden bij de fokker ontwormd op 2, 4, 6 en 8 weken ou d;
- Als dit niet is gebeurd, is het belangrijk om uw pup een keer extra te ontwormen;
- Dit gebeurt dan 14 dagen na de eerste, door u gegeven, ontworming;
Vanaf 8 weken moeten honden tot 6 maanden elke maand ontwormd worden: dus op 2, 3, 4, 5 en 6 maanden leeftijd. Hierna is de aanbeveling om uw hond 4 x per jaar te ontwormen, dus iedere 3 maanden. Dit geldt ook voor volwassen honden. Als u met uw hond naar het buitenland gaat, kunnen aanvullende ontwormingen noodzakelijk zijn.
Zo moeten honden die bijvoorbeeld naar het Verenigd Koninkrijk reizen enkele dagen voor vertrek door een dierenarts ontwormd worden. In andere landen komt ook hartworm voor. Voeren Goede voeding is de basis van een gezond leven.
Het is belangrijk om uw pup puppyvoer te geven: deze voeding is aangepast op de groei van uw hond. Met name de verhouding Calcium/Fosfor in voeding is belangrijk. Als die verhouding niet juist is, kunnen groeiproblemen ontstaan die soms pas op latere leeftijd tot uiting komen.
- Om dezelfde reden wordt ook afgeraden jonge honden rauw te voeren;
- In rauwe voeding is het lastig om de juiste verhoudingen Calcium/Fosfor te realiseren;
- Daarom is het verstandig om honden zeker tot 1 jaar brokken te voeren;
Pups eten vaker kleinere maaltijden per dag. Tot 8 weken krijgt uw hond 4x op een dag te eten. Vanaf 3 maanden kunt u dit terugbrengen naar 3x per dag. Tot slot kunnen honden vanaf 5 maanden naar 2 maaltijden per dag. Het is belangrijk dat uw hond beschikking heeft over voldoende water op kamertemperatuur.
- Wandelen Tot de leeftijd van 1 jaar is het heel belangrijk dat uw pup niet teveel beweging krijgt;
- Dit om de zich ontwikkelende gewrichten niet te veel te belasten;
- Een richtlijn is dat een pup 5 minuten mag wandelen voor elke maand dat hij oud is;
Een pup van 8 weken oud mag dus maximaal 10 minuten achter elkaar wandelen en dit hoogstens 3 keer per dag. De andere uitlaatbeurten zijn dan slechts om uw pup te laten plassen en poepen. Het is ook verstandig om te wachten met extra belasting tot de gewrichten ontwikkeld zijn.
Met uw hond wandelen op het strand is dus tot een jaar niet goed voor de gewrichten, zelfs niet op het harde zand. Ook fietsen en hardlopen met uw hond, traplopen en uw hond de auto in- en uit laten springen is tot een jaar een te grote belasting voor de gewrichten.
Doe dit daarom niet. Spelen Spelen is belangrijk in de ontwikkeling van uw hondje. Pups leren op die manier omgaan met andere honden. Ook spelen mag niet te lang achter elkaar omdat de gewrichten op die manier ook flink belast worden. Zie hiervoor de richtlijnen voor het wandelen.
Omdat honden een kauwbehoefte hebben is het aan te raden kluiven in huis te halen. Let hierbij goed op welke botten geschikt zijn voor een pup. Vanaf 3 maanden is een bot van geperste buffelhuid prima. Het is verstandig deze kluiven niet te klein te kopen; met grotere kluiven doen ze langer en u voorkomt dat ze zich verslikken.
Gooi het bot weg als het zo klein is geworden dat uw pup het bijna in zijn geheel in de bek kan nemen. Naar school Het volgen van een puppycursus met uw hond is om meerdere redenen een verstandig besluit, ook als u eerder honden heeft opgevoed. Op cursus leren ze niet alleen luisteren, er gebeurt ook veel op het gebied van socialisatie.
Op die manier wordt u geholpen een hond op te voeden die op een normale manier om kan gaan met andere honden, mensen en verschillende situaties. De ene cursus is de andere niet, dus ga vooral van tevoren kijken of de cursus en de trainers bij u passen.
Zindelijk maken Op puppycursus wordt vaak uitgebreid ingegaan op zindelijkheidstraining. Een hond is pas volledig zindelijk rond 6 maanden. Er zijn meerdere manieren om uw pup hiermee te helpen. Een bench kan erg praktisch zijn. Omdat pups hun eigen plek liever niet bevuilen doen ze hun behoefte over het algemeen niet in de bench.
- Straf uw hond nooit voor ongelukjes in huis, dit hoort erbij;
- Negeer het en ruim het later op;
- Zorg in het begin dat u uw hond na elke maaltijd, elk slaapje en elk speelmoment op de plek zet waar hij zijn behoefte kan doen;
Op die manier kunt u gaan herkennen wanneer uw pup meestal moet plassen. Gebruik de bench nooit als straf, dan bestaat de kans dat uw hond de bench met straf gaat associeren. Het is wel goed uw pup in de bench te doen om te slapen, om overdag uit te rusten of als u even niet op kunt letten.
- Alleen laten Als uw pup gewend is aan de bench (meestal binnen enkele weken) kunt u voorzichtig beginnen met hem alleen laten;
- Beperk dit in het begin tot minuten terwijl u in een andere kamer bent en breid dit langzaam uit;
Pas als het goed gaat kunt u beginnen met uw hondje voorzichtig alleen thuis te laten, start hierbij opnieuw met enkele minuten tot u dat beetje bij beetje kunt uitbreiden naar een uur. Als u weg bent geweest, in huis of later naar buiten, haal uw pup dan niet direct uit de bench.
Kom rustig binnen, geef geen aandacht en maak geen oogcontact. Doe de bench pas open als uw hond rustig is. Op die manier beloont u het juiste gedrag (rustig in de bench zijn) en is het voor uw pup niet zo’n groot verschil tussen als u weg bent en net weer binnenkomt.
Alleen zijn wordt dan beetje bij beetje minder spannend. Gebit Afhankelijk van het ras wisselt uw hond tanden vanaf 4 maanden. Het puppygebit maakt dan plaats voor het volwassen gebit waar de hond de rest van zijn leven mee zal doen. Om dit gebit zo goed mogelijk te onderhouden wordt geadviseerd om dagelijks de tanden te poetsen.
Een filmpje hiervan kunt u vinden op onze website. Gebruik geen kindertandpasta of tandpasta voor volwassen. Hier zit fluor in en dat is niet geschikt voor dieren. Door te poetsen voorkomt u het ontstaan van tandsteen en tandplaque en gaat u rotting van tanden en aantasting van het steunweefsel van het gebit tegen.
Sterilisatie Als u niet van plan bent met uw teefje te fokken is het advies om uw hond te laten steriliseren. Het is namelijk bewezen dat honden die voor hun tweede loopsheid worden gesteriliseerd minder kans hebben op tumoren van de melkklieren en baarmoederontsteking op latere leeftijd.
- Ook is de kans op suikerziekte verminderd bij gesteriliseerde teefjes;
- Pups vóór hun eerste loopsheid te steriliseren geeft, met name bij honden van grotere rassen, meer kans hebben om op latere leeftijd urine-incontinent te worden;
Vanwege dit risico wordt door veel dierenartsen geadviseerd om uw teefje pas 3 maanden na het einde van de eerste loopsheid te steriliseren. Castratie Het castreren van reuen wordt in tegenstelling tot het steriliseren van teven niet standaard gedaan.
Welke botten zijn goed voor de hond?
Welke botten kun je geven? – Deze botten kun je zonder problemen geven:
- Botten van kleine dieren zoals: kippennekken, eendennekken, hele konijn, parelhoenkarkas.
- De niet-dragende botten van jonge grote dieren zoals: geitennek, lamsribben, runderstrot, kalfsbotten etc.