Hoe Lang Slaapt Een Hond Per Dag?

Hoe Lang Slaapt Een Hond Per Dag
Hoeveel slaapt een hond – Waar een mens over het algemeen aan een stuk door slaapt, ligt dit voor jouw hond toch wat anders. Volwassen honden slapen ongeveer 12 tot 14 uur per dag. Senior honden hebben vaak wat meer slaap nodig, zij slapen meestal 16 tot 18 uur.

Pups hebben zelfs 18 tot 20 uur slaap nodig om goed uitgerust te zijn. Nu je weet hoeveel slaap jouw hond nodig heeft, is het belangrijk om te weten dat een hond ook te veel kan slapen! Wanneer een hond overmatig slaapt kan dit een teken zijn van verveling of depressie.

Ook lichamelijke problemen kunnen een reden zijn voor een hond om extra te slapen. Wanneer jij denkt dat jouw hond echt te veel slaapt, twijfel dan niet en bel de dierenarts!.

Waarom slaapt mijn hond de hele dag?

Te veel slaap? – Honden slapen dus behoorlijk vaak, maar kan een hond ook te veel slapen? Ja dat kan. Als een hond vaker dan gemiddeld slaapt kan dat duiden of emotionele of fysieke problemen. Honden kunnen bijvoorbeeld slapen uit verveling of depressie.

Hij weet dan simpelweg niet wat hij anders moet doen! Een gebrek aan aandacht / activiteit kan dus een oorzaak zijn van te veel slaap. Maar sluit ook lichamelijke problemen niet uit. Ook hier geldt: bij twijfel, bezoek de dierenarts.

Vermoed je dat je hond te weinig uitdaging krijgt overdag? Dan kun je een hondenoppas van Pawshake inschakelen die je hond overdag komt uitlaten.

Wat doet een hond s nachts?

Waarom smakt of trilt een hond in zijn slaap?  – Een hond die trilt of smakt in zijn slaap is heel normaal, hier hoef je je geen zorgen om te maken. Dit doen honden in hun REM-slaap. De hond is aan het dromen en beweegt dan in zijn slaap. Soms blaft of gromt een hond in zijn slaap , ook dit is onderdeel van de REM-slaap bij honden.

  1. Dromen doen honden om prikkels te verwerken , het is goed voor ze;
  2. Wanneer je de hond elke keer als hij droomt wakker maakt, kan hij deze prikkels minder goed verwerken;
  3. Een dromende hond wordt altijd zelf weer wakker door een geluidje of door een bepaalde geur, of omdat de REM-slaapfase afgelopen is;

Belangrijk in de REM-slaapfase is dat de hond genoeg ruimte heeft: de hond moet languit gestrekt kunnen liggen (in veel benches kan dit niet). Franse Bulldog puppy Bella aan het slapen met ogen open in haar hondenslaapzak.

Waarom hond niet in bed?

Contra: waarom moet ik mijn hond niet in bed laten slapen? – Een van de belangrijkste redenen om je hond niet in bed te laten slapen is hygiëne. Afgezien van hondenhaar in bed, brengt hij ook vuil mee in je bed. Dit kun je natuurlijk tegengaan door het beddengoed simpelweg vaker te verschonen.

Hoe laat moet een hond gaan slapen?

Om een goede dagindeling te maken voor jouw puppy dien je met de volgende zaken rekening houden: 1. Eigen dagindeling (aanpassen) Het is natuurlijk per hond (ras), gezin en situatie verschillend op welke tijd er acties worden ondernomen met de pup. Hoe laat staat de eerste persoon in huis op? Wanneer de pup wakker is, moet er direct iemand met de pup naar buiten.

Zindelijkheid Voorkomen, voorkomen, voorkomen dat je puppy binnen plast. Dit betekent letterlijk ontlasten vóór en ná het eten, spelen, slapen, kluiven, snuffelen etc. naar buiten. Daar is nog geen dagplanning op te maken.

Maar uiteindelijk werk je naar een ritme toe, zodat je naar  4 uitlaat momenten per dag kunt werken. Met ontlasten bedoelen we alleen maar naar buiten gaan om te ontlasten. Duur van de wandelingen Zowel lichamelijk als geestelijk is het van belang dat je niet te lang wandelt met je puppy.

Er is door dierenartsen een richtlijn gemaakt voor de duur van de wandeling. We gaan dan uit van ‘5 minuten per maand’. Dus wanneer jouw puppy 2 maanden is, mag de wandeling ongeveer 10 minuten duren per keer.

Sommige mensen vinden dit erg kort, maar toch is dit ruim voldoende. De pup is nog volop in de groei en de gewrichten zijn nog niet ‘af’. Wanneer er dus toch teveel en te intensief gelopen wordt zonder goede rustmomenten is de kans op afwijkingen (denk aan HD en ED) groot.

Ook is de kans dat je je pup overprikkelt erg groot, wat de ontwikkeling geen goed doet. Wanneer je denkt dat je puppy toch meer uitdaging nodig heeft naast de ‘5 minuten per maand’ regel, kun je extra uitdaging geven door snuffelspelletjes of een Kong.

Andersom, wanneer je pup uitingen van vermoeidheid geeft, maak je de wandelingen uiteraard korter. Alleen zijn (opbouwen) Het aanleren van alleen zijn wordt helaas vaak onderschat. Dit moet langzaam worden opgebouwd en elke dag geoefend worden. Hier moet je dus je dagindeling goed op indelen.

  • Lees het   Artikel: Alleen zijn 5;
  • Slapen van de pup  Een puppy moet veel slapen, en goed slapen, zonder afleiding en prikkels (denk aan bv;
  • de kinderen);
  • Je kunt een puppy helpen met goed slapen door de bench af te dekken of de positie van de bench/mand/rennetje op een zo rustig mogelijke plek te zetten;

Een puppy (t/m 6 maanden) slaapt ongeveer 18 tot 20 uur. Dit heeft de pup nodig om te groeien, maar ook om alle prikkels te verwerken. Een jonge hond (vanaf 6 t/m 24 maanden) slaapt ongeveer 16 tot 18 uur. Een volwassen hond slaapt ongeveer 16 uur. Slapen is ontzettend belangrijk voor een hond zijn ontwikkeling en het verwerken van prikkels.

Net als mensen is het bepalend voor het functioneren. Een veelgehoorde misvatting is dat mensen vinden dat de pup heel druk is, waardoor ze nog meer gaan ondernemen, maar dit is eigenlijk een teken van vermoeidheid.

Op de dag van je puppytraining op de hondenschool of van een socialisatieactiviteit maak je een ander moment korter of pas je je tijden aan. Of wanneer je een drukke dag met je pup hebt gehad, maak jij je dag de volgende dag minder intensief. Belangrijk is goed naar vermoeidheidssignalen van jouw pup te kijken. Vermoeidheidssignalen: – Waggelen onder het lopen (met name de achterkant) – Langzame bewegingen – Veel gapen achter elkaar – Wallen onder de ogen – Rode ogen – Gaan liggen – Wordt druk en bijterig – Pup ‘luistert’ niet meer – Lage, verdrietige en vermoeide houding en bewegingen Wanneer deze signalen aanhouden na aanpassing van je dagindeling is het noodzaak direct contact met je dierenarts op te nemen! Wanneer je met bovenstaande punten hebt rekening gehouden, kan je een dagindeling gaan maken. In onderstaande schema’s een aantal voorbeelden van een dagindeling: Let op! Dit is een voorbeeld! Uiteraard kan dit per puppy/gezinssituatie verschillen. Voorbeeld puppy 8 weken: Wanneer de pup ouder is, verandert de duur van de wandeling en verdwijnen de ‘kleine ontlasting’ momenten heel rustig. Uiteraard kijk je naar wat geschikt is voor jouw hond. Wanneer jij twijfelt over de dagindeling van jouw hond kun je dit overleggen met de hondenschool. Voorbeeld puppy 24 weken: Wat is een KONG??? Voorbeeld volwassen hond: Elke hond is een individu en niet elke dagindeling is zomaar geschikt voor jouw hond. Wanneer je twijfelt omdat je hond bijvoorbeeld onrustig is, veel blaft of juist extreem moe is, is het sterk aan te raden te overleggen met een (gediplomeerde) professional. Wist je dat we ook een online puppytraining aanbieden? Handig als je vanuit huis wilt beginnen met trainen of als aanvulling op een fysieke training.

Kan een hond ook lachen?

Honden kunnen ook grijnzen – Er zijn ook honden die hun bovenlip iets optrekken en zo hun boventanden ontbloten. Dit noemen we ook vaak lachen of grijnzen, oftewel lachen met een vertrokken mond. Het is een beetje dubbel gedrag, dat honden vooral laten zien tijdens begroetingen met mensen.

Kan een hond het koud hebben in huis?

Een hond kan van nature goed tegen de kou. Echter doordat wij ons huis op aangename temperatuur warm stoken beperken wij de aanmaak van de hondenvacht. Ook door het fokken kunnen sommige hondenrassen zich van nature moeilijker weerbaar maken tegen koude temperaturen.

Hoe weet je of een hond gelukkig is?

Lekker netjes en gemanierd – Een gelukkige hond is een gemanierde hond. Hij houdt zich rustig, maakt niets kapot en probeert geen aandacht te trekken door stoute dingen te doen zoals in huis plassen. Als je pup vaak bijt, graaft of meubels en kleren vernielt, probeert hij je te zeggen dat hij zich verveelt, stress heeft of bang is.

Kan je uitslapen als je een hond hebt?

De hele week was het al raak. Voordat de zon opkomt gaat je alarm af en moet je er vroeg uit. Het is nu weekend en eindelijk kan je eens lekker uitslapen. Maar is dat wel zo handig? En wat doet het met je hond? Een hond is een gewoonte dier. Als hij gewend is om normaal om 6 uur naar buiten te gaan voor een wandeling, dan zal hij ook in het weekend rond die tijd deze gewoonte doorzetten.

Maar dit is nog niet het ergste. Veel volwassen honden kunnen lang genoeg de behoefte ophouden (hoewel je moet afvragen of je dit bij je hond aan wil doen). Uitslapen zorgt er ook voor dat de hond op een later tijdstip zijn eten krijgt.

Een hond die altijd rond hetzelfde tijd eten voorgeschoteld krijgt, maakt maagsappen aan voordat het eten zelfs is gegeven. Als deze maagsappen niet gebruikt kunnen worden voor het verteren van het eten, gaan deze de maagwand irriteren. Met als gevolg dat de hond geel slijm gaat spuwen.

  • Je kan je voorstellen dat deze irritatie niet echt bevorderlijk is voor de maag van de hond;
  • Wil je uitslapen, denk dan ook aan je hond;
  • Ga er desnoods even uit voor een klein ommetje en om je je hond eten te geven;

Kruip daarna weer lekker in bed, als je daar nog zin in hebt..

Heeft een hond besef van tijd?

Weet jouw hond hoe laat het is?   – Hondeneigenaren weten het zeker, een hond weet precies wanneer het etenstijd is of wanneer het tijd is om op te staan of om te gaan wandelen, noem maar op. Honden geven ons duidelijk aan dat het ‘de hoogste tijd’ is, maar weet een hond ook echt hoe laat het is en heeft een hond ook echt besef van het verstijken van tijd? Wanneer hondeneigenaren hun hond alleen thuis laten verandert die eensgezinde mening ineens in een discussie.

  • “Een hond heeft echt niet door hoe lang je weg bent hoor”, wordt er regelmatig gezegd;
  • Weet jouw hond het verschil tussen 5 minuten en 2 uur? Een aantal theorieën zijn getoetst en onderzocht;
  • Biologische klok, levensritme Net als mensen en vele andere dieren, hebben ook honden een circadiaan ritme;

Dit is een intern biologisch ritme waarvan de cyclus ongeveer 1 dag duurt. Het betreft functies die binnen het lichaam uitgevoerd worden en die zich volgens een bepaald patroon herhalen, aangestuurd door de zogenaamde biologische klok. Dit functioneert onafhankelijk van omgevingsfactoren als licht en temperatuur.

Denk bijvoorbeeld aan lichaamstemperatuur. Deze verandert gedurende de dag en is het laagst  tijdens diepe slaap. Denk ook aan bijvoorbeeld de   afscheiding van bepaalde hormonen,  het volume van de blaas,  of de behoefte aan eten of drinken.

Het hongergevoel is hier dus ook onderdeel van en heeft ook invloed op het gedrag. Een hond kan dus prima het verloop van tijd waarnemen via het gevoel in z’n buik of blaas. Wanneer je dit weet is het  niet verrassend dat honden ons aangeven wanneer het etenstijd is of wanneer ze naar buiten moeten.

Tijdsduur In 2011 is er aan een Universiteit in Zweden onderzoek gedaan naar het effect van de tijdsduur dat honden alleen gelaten werden door hun eigenaren op het gedrag van de hond. Zij onderzochten het gedrag van meerdere honden zonder gedragsproblemen als ‘verlatingsangst’ of ‘niet alleen kunnen zijn’.

Deze honden werden elk een half uur, 2 uur en 4 uur alleen thuis gelaten door hun eigenaren. De honden werden gefilmd en het filmen werd 10 minuten voordat de eigenaar weg ging ingestart, en liep nog 10 minuten door nadat de eigenaar weer thuis was gekomen.

Met name tussen het verstrijken van een half uur en 2 uur, was er een opvallend groot verschil waar te nemen in het gedrag van de hond. Wanneer eigenaren na 2 uur terugkeerden, reageerden de honden aanzienlijk enthousiaster, er werd intenser en langer contact gezocht.

Ook werden er meer stress-signalen (met name tongelen en afschudden) waargenomen wanneer de honden langer dan een half uur alleen werden gelaten. Hoewel dit niet concreet bewijst dat honden besef hebben van het verstrijken van tijd, toont het wel aan dat de tijdsduur dat honden alleen gelaten worden, wel degelijk effect heeft op de hond.

Omgevingsfactoren, ‘Hoe laat ruikt het?’ Naarmate tijd verstrijkt, verandert de omgeving. We kunnen hierbij denken aan bijvoorbeeld licht, luchtvochtigheid of temperatuur, maar wanneer we het over honden hebben, moeten we zeker niet vergeten dat ook geuren veranderen gedurende de dag.

Professor Alexandra Horowitz, een gerennomeerde gedragsdeskundige, onderzoekster en schrijfster van het boek ‘Inside of a Dog’, benadrukt dat honden een buitengewoon hoog ontwikkeld reukvermogen hebben en dat zij de wereld als eerste waarnemen via hun neus.

Honden ruiken misschien wel 100. 000 keer beter dan mensen. Zij denkt dat het goed mogelijk is dat honden het verstrijken van tijd waarnemen via veranderingen in de concentratie van bepaalde geuren. Het verleden wordt aangegeven door zwakkere, vagere geuren en sterkere, verse geuren laten honden weten dat er weinig tijd voorbij is gegaan.

Om deze theorie te testen werd er een experiment gedaan door het BBC programma ‘Inside the Animal Mind’. Zij toetsten deze theorie op een hond die elke dag op hetzelfde tijdstip op de bank sprong, anticiperend op de terugkomst van zijn eigenaar. De hond sprong elke dag op hetzelfde tijdstip op de bank en een paar minuten later kwam de eigenaar thuis.

  • Volgens de theorie van Horowitz zou de hond weten dat het tijd was, doordat de geur van zijn eigenaar tot een bepaalde concentratie was afgezwakt;
  • Om deze theorie te toetsen legden ze rond het eind van de dag ‘vers’ gedragen kleding van de eigenaar door het huis;

Hiermee zouden ze de klok van de hond ‘resetten’ via verversing van geur. Dit experiment bleek de theorie te bevestigen, want de hond sprong voor het eerst niet op de bank op het bekende tijdstip. De hond was zelfs uiterst verrast met de plotse terugkeer van zijn eigenaar.

Zie hieronder het betreffende filmpje. De documentaire makers zijn zich er van bewust dat één experiment niet meteen de theorie bewijst, maar het is wel intrigerend! Geschreven door Liselot Boersma, gedrag & welzijn deskundige (PgDip CABW) en eigenaar van HondenLot , maart 2015.

See also:  Wanneer Spuitje Hond?

Copy paste/directe overname van teksten of afbeeldingen is zonder schriftelijke toestemming niet toegestaan. Het delen van de URL van deze website pagina is wel toegestaan en wordt op prijs gesteld.

Kan een hond ook verliefd worden op zijn baasje?

Bij dieren geldt eigenlijk hetzelfde als bij mensen. Verliefdheid komt door het stofje oxytocine. Oxytocine is een hormoon dat ervoor zorgt dat een band versterkt wordt. In het dierenrijk is dit stofje ook aanwezig, ook bij je hond of kat.

Waarom wil een hond tegen je aan liggen?

Een hond houdt namelijk wel echt van het baasje. Dit geeft hij onder ander aan door tegen je aan te komen liggen of leunen. Dit is voor honden een teken van affectie. Zelfs als hij bang is en tegen je aankomt leunen of bij je komt liggen bedoelt hij dit lief.

Waarom doet hond poot op je arm?

(Overname van deze artikeltjes voor ander dan persoonlijk gebruik is niet toegestaan zonder  toestemming van de auteurs. Voor toestemming kun je contact opnemen met één van de instructeurs) In de natuur zie je dat de voorouders van onze huishond, de wolven, onderling bepaalde handelingen uitvoeren om te bepalen  wie het hoogste is in rangorde en wie dus de baas is.

Dit soort handelingen worden dominantiehandelingen genoemd. Ook onze  huishond zijn dergelijke handelingen niet onbekend. De hond is een sociaal dier dat van nature in een roedel leeft. Bij onze huidige huishond is het gezin de roedel en zijn  wij de roedelgenoten.

Om te zorgen dat de roedel veilig is, over voldoende voedsel kan beschikken en sterk genoeg is om  te blijven voortbestaan, is het belangrijk dat ieder individu een vaste plaats heeft in de roedel. Er is één leider en één  laagstgeplaatste en daartussenin heeft ieder lid van de roedel een vaste plaats in de rangorde.

  1. Als deze rangorde duidelijk  is geeft dit de hond een gevoel van veiligheid, is de rangorde niet duidelijk dan levert dit stress op en zal een  lagergeplaatste hond uiteindelijk de leiding nemen om zo de stabiliteit van de roedel te herstellen;

Dit betekent dat ook binnen het gezin (de roedel) de verhoudingen duidelijk moeten zijn. In het meest ideale geval is  natuurlijk de eigenaar van de hond de roedelleider, daaronder volgen de eventuele partner en kinderen en helemaal onderaan  de sociale ladder staat de hond van het gezin.

Dit is niet zielig. Wanneer deze plaats voor de hond duidelijk is zal hij  zich hierbij neerleggen omdat een duidelijke rangorde hem een gevoel van veiligheid geeft. Zoals al eerder is aangegeven voeren wolven (en ook honden) bepaalde handelingen uit om te bepalen wie de hoogste in  rang is.

Deze handelingen kan de hond ook op ons uit voeren. Hieronder worden de meest voorkomende dominantiehandelingen  weergegeven die door honden (bij mensen en/of andere honden) worden uitgevoerd:

  • Poot opleggen; dit is aandachtvragend (aandachteisend) gedrag, bijvoorbeeld om geaaid te worden.
  • Neus duwen; dit is ook aandachtvragend gedrag.
  • Kop op arm of schoot leggen; dwingend om aandacht vragen.
  • Op schoot gaan liggen; de hond neemt letterlijk en figuurlijk een hogere positie in dan de eigenaar.
  • Voorop lopen en trekken aan de lijn; de hond bepaalt de richting en het tempo van de wandeling.
  • Uitdagen tot spel; de ranghogere bepaalt wanneer en hoe lang gespeeld wordt, door steeds in te gaan op het uitdagen  van de hond wordt deze bevestigd in zijn rangorde.
  • Grommen en / of lippen optrekken; kan een dominantie-uiting zijn, maar is bij sommige honden ook een uiting van  blijdschap (sommige honden “glimlachen”), het is hierbij belangrijk om op de gehele lichaamshouding van de hond te letten.
  • Markeren: plassen of ontlasten op een zo hoog mogelijke plaats.
  • Over urine van een andere hond plassen.
  • poten vegen, krabben over de grond; dit is het achterlaten van een visueel teken van aanwezigheid en het  verspreiden van geur.
  • Plaats innemen; zich letterlijk op de plaats van de baas begeven.
  • Spel winnen; incidenteel is dit goed voor onderdanige, onzekere honden om wat meer zelfvertrouwen te krijgen,  het is echter niet verstandig om een dominant type hond een spel te laten winnen.
  • Bemoeien met situaties in het gezin; het bewaken van de goede orde binnen de roedel is een taak van de leider.
  • Rij-gedrag; dit is geen seksuele prikkel maar een duidelijke dominantiehandeling.
  •   Direct aankijken / staren; dit wordt ook wel fixeren genoemd, dit fixeren gaat vaak vlak aan een aanval vooraf.
  • Afstand nemen, kop afwenden; dit is het negeren van de ander.
  • Over de bek bijten; bij de mens is dit vergelijkbaar met in de handen bijten, dit is een teken van dominantie.
  • Overstaan; over de ander heen gaan staan; bij pups is dit vaak een onderdeel van het spel, bij volwassen honden  zeker niet meer. Als één van de twee zich niet overgeeft zal er vrijwel zeker een vechtpartij volgen.

Er zijn dus nogal wat handelingen die een hond kan uitvoeren om zo dominantie tentoon te spreiden en te  proberen zijn hoge rangorde te bevestigen. Uit bovenstaande volgt een aantal “regeltjes” die dienen om rangordeproblemen zoveel mogelijk te voorkomen:

  • Laat de hond niet toe op bed of bank. De hogere positie wordt door de hond letterlijk opgevat.
  • Neem in de omgang met je hond geen “lage” houding aan. Dus niet op de grond gaan liggen tijdens het spel.
  • Bepaal zelf het begin en einde van een handeling, bijvoorbeeld bij het borstelen, maar ook bij een spelletje.
  • Negeer de hond als hij op een opdringerige manier om aandacht vraagt door middel van neusduwen, brengen van  speeltjes, piepen of pootjes geven.
  • Loop niet naar de hond toe maar laat hem op commando komen, de ranglaagste komt immers naar de ranghoogste toe.
  • Sta niet toe dat de hond opspringt (niet bij de baas en niet bij vreemden) of tegen iemand op gaat staan, ook  niet tijdens het spel of terwijl men op een stoel zit.
  • Doe geen wilde trekspelletjes met de hond, tenzij deze het commando “los” voldoende beheerst.
  • Sta het bijten in armen, benen of kleding niet toe, ook niet als spel.
  • Voorkom dat de hond als eerste een deur in of uitloopt. Laat hem eerst gaan zitten en ga zelf als eerste door  de deur.
  • Bepaal tijdens de wandeling zelf de route en laat deze niet door de hond bepalen. Wissel de route regelmatig af  zodat deze niet voorspelbaar wordt voor de hond.
  • Laat de hond niet markeren waar en wanneer hij maar wil als hij aan de lijn loopt.
  • Het rijden op mensen of andere honden, of een poging daartoe moet direct onderbroken worden.
  • Loop niet om de hond heen als hij in je looproute staat of ligt, de hond moet voor jou opzij gaan. Wanneer  de hond op de grond ligt te slapen, stap dan over hem heen.

Wanneer de rangorde binnen het gezin duidelijk is en de hond zijn plaats als ranglagere goed kent is het  niet erg om af en toe van bovenstaande regeltjes af te wijken. De hierboven genoemde “regeltjes” hebben betrekking op de alledaagse omgang met de hond. Door het  hanteren van deze regels voorkomen we dat de hond de kans krijgt zich dominant te gedragen naar ons toe  en bevestigen we onze eigen rangordepositie. Naast het toepassen van deze regels kunnen wij als eigenaars  nog een aantal actieve dominantiehandelingen uitvoeren om onze rangorde te bevestigen:

  •   Laat de hond regelmatig voor je “werken” (10-15 keer per dag); geef de hond een commando (bijvoorbeeld “zit”)  en beloon hem voor een goede uitvoering.
  •   Laat de hond een commando uitvoeren voordat hij zijn voerbak mag leegeten (bijvoorbeeld eerst laten zitten  of liggen), vervolgens mag de hond op jouw commando zijn voer pakken. Op deze manier maak je de hond afhankelijk van  jou voor het verkrijgen van voer en bevestig je je leidinggevende rol.

Kan een hond 9 uur alleen zijn?

Honden zijn van nature graag bij hun groepsgenoten. Onze huishonden moeten echter regelmatig alleen thuis blijven. Voor een paar uur is dat meestal geen probleem, maar het moet de hond wel eerst aangeleerd worden. Hij moet het vertrouwen krijgen dat u altijd weer terug zult komen. Besteedt u hier te weinig aandacht aan, dan is de kans groter dat uw hond angst voor alleen zijn ontwikkelt.

Hij kan dan bijvoorbeeld gaan blaffen, het huis slopen of onzindelijk worden als u hem te lang alleen laat. Angst om alleen te zijn is heel vervelend, zowel voor de hond als voor u. Het is niet altijd te voorkomen, maar u maakt de kans dat uw hond angst ontwikkelt zo klein mogelijk als u hem stap voor stap aanleert om alleen thuis te blijven.

Heeft u een pup, begin dan op jonge leeftijd al met oefenen. Ook als u een nieuwe volwassen hond heeft, is het verstandig om voorzichtig te bekijken of de hond wel of niet alleen kan zijn. Ook al kon de hond in zijn vorige huis wel goed alleen thuis zijn, alleen blijven in een nieuwe omgeving brengt altijd meer stress met zich mee.

De hond zal eerst bij u moeten wennen dus bouw het alleen blijven altijd langzaam op. Bij een hond die niet alleen kan blijven zonder angstig te worden, gaat het vaak om de aanwezigheid van mensen in het algemeen.

In dat geval is een oppas voldoende om de hond rustig te houden. Er zijn echter ook honden die zo gehecht zijn aan één bepaald persoon dat ze er niet tegen kunnen als ze van die persoon (of enkele specifieke geliefde personen) gescheiden zijn. In zo’n geval helpt een oppas dus niet! De laatste vorm is in feite échte ‘verlatingsangst’; de eerste is ‘angst om alleen te zijn’.

Beide vormen worden bij honden echter vaak verlatingsangst (of in het Engels ‘separation anxiety’) genoemd en die term zullen we hier ook gebruiken. Geen enkele hond vindt het leuk om lang alleen te moeten zijn.

Honden hebben sociaal contact en beweging nodig en natuurlijk moeten ze ook regelmatig hun behoefte kunnen doen. Een richtlijn is om volwassen honden niet langer dan 4 tot maximaal (en niet elke dag) 6 uur achter elkaar alleen te laten. Hoe lang voor uw hond mogelijk is, verschilt per individu.

  1. Moet u toch eens langer weg, schakel dan een oppas of uitlaatservice in;
  2. Pups hebben veel contact en toezicht nodig en kunnen niet lang alleen zijn, 4 uur is voor hen veel te lang;
  3. Als u een pup in huis neemt, moet u er dus rekening mee houden dat u zeker het eerste half jaar niet lang van huis kunt! Er is veel verschil in hoe vervelend honden het vinden om alleen te moeten blijven;

Erfelijke aanleg speelt een rol. Uit sommige onderzoeken komen verschillen in gevoeligheid tussen rassen; zo is er een onderzoek waarbij Cocker Spaniels, Schnauzers en Teckels gevoeliger dan gemiddeld leken te zijn en in een ander onderzoek werden ook Engelse Springer Spaniels en Golden Retrievers genoemd.

Er zijn echter ook onderzoeken waarin geen verschil tussen rassen werd gezien. Ook binnen een ras kunnen er foklijnen zijn waarin de honden meer moeite hebben met alleen blijven en een grotere kans hebben om verlatingsangst te ontwikkelen.

Honden die van een rescue organisatie komen zijn vaak extra gevoelig. Dit kan komen doordat ze als pup geen veilige hechting hadden met het moederdier, bijvoorbeeld door slechte omstandigheden tijdens het leven op straat of jong verlies van hun moeder. Mogelijk kunnen deze pups daardoor in hun latere leven hechtingsproblemen krijgen, zoals overmatig gebonden zijn aan een of enkele personen.

Dat kan overigens ook gelden voor asielhonden. Bij plaatsing vormen zij vaak snel een sterke band en zijn dan extra gevoelig voor het (tijdelijk) verbreken daarvan. Daarnaast kunnen opgedane ervaringen invloed hebben op het ontwikkelen van angst voor alleen zijn.

Kijk dus altijd naar uw hond en hoe deze reageert. De training moet hierop afgestemd worden. Die training houdt in dat u heel geleidelijk het alleen blijven moet gaan introduceren en aanleren. Bij de ene hond zult u veel sneller door de stappen kunnen gaan dan bij de andere.

De in dit artikel beschreven opbouw geldt voor honden die nog niet geleerd hebben om alleen te blijven, zoals pups, en die nog niet bang zijn om alleen te zijn. Bij het leren om alleen te zijn is het heel belangrijk dat u de oefening langzaam opbouwt.

Het is namelijk de bedoeling dat de hond het vertrouwen krijgt én houdt dat u altijd terugkomt en dat het niet nodig is om nerveus te worden. Heeft u te veel haast en laat u de hond te lang alleen, dan zal hij zich onrustig gaan voelen en kan stress zich gaan opbouwen.

Dat vervelende gevoel dat hij dan heeft, zal hij gaan koppelen aan het alleen zijn. Het gevolg is dat hij voortaan steeds als hij alleen moet blijven, ook al is het maar even, dat gevoel weer krijgt. Hij is het vertrouwen kwijt dat u snel weer terugkomt.

Dit moet u voorkomen omdat het erg moeilijk is om dat vertrouwen weer terug te krijgen, u moet dan helemaal opnieuw beginnen met oefenen! Overhaast het dus niet, laat de hond het tempo bepalen. Ook al lijkt het langzaam te gaan, u bereikt zo uw uiteindelijke doel sneller.

Begin niet met oefenen om alleen te blijven op momenten dat uw hond vol energie zit. Kies eerder de momenten uit dat hij moe is van het wandelen of spelen. Hij zal dan veel sneller rustig blijven liggen op zijn eigen plek.

Natuurlijk is het ook verstandig als de hond voor het oefenen zijn behoeften heeft kunnen doen. Een eerste voorbereiding voor het alleen thuis blijven is om ervoor te zorgen dat uw hond zelfstandig is. Voor honden die constant achter hun eigenaar aanlopen in huis en eraan gewend zijn dat de baas altijd in de buurt is, is het contrast erg groot als de baas even weg moet.

  1. Leer de hond dus om ook terwijl u thuis bezig bent, rustig in de kamer of op zijn eigen plek te blijven liggen in plaats van u te volgen;
  2. Dit oefent u eerst terwijl u in dezelfde kamer bent, daarna kunt u ook een paar tellen de kamer verlaten;

Zorg dat de hond iets te doen heeft, bijvoorbeeld dat er speelgoed ligt waar hij veilig op kan kauwen. Als dit goed gaat, dan kunt u voorzichtig de tijd dat u de kamer uit bent wat opbouwen. Hoe snel dat kan, ligt aan de reactie van uw hond. Maak de tijd eerst langer met stapjes van een paar seconden; kunt u zonder problemen een minuut wegblijven dan kunt u de stappen wat groter gaan maken (bijvoorbeeld met stapjes van 10-20 seconden tegelijk).

Hoe langer u weg kunt blijven, hoe groter u de stappen kunt maken, maar kijk naar uw hond om te bepalen wat voor hem haalbaar is. Zorg er hierbij voor dat u de tijd niet alleen maar steeds langer maakt maar kom tussendoor ook regelmatig weer snel terug.

Geef bij de oefeningen in huis geen aandacht aan de hond. Let op: misschien slaapt uw hond beneden in de huiskamer en gaat dat prima. Dat betekent echter niet dat hij overdag ook zo lang alleen kan blijven! Het naar bed gaan is voor de hond een hele duidelijke context en veel honden hebben snel in de gaten dat u niet echt weg bent.

Bovendien zijn ze dan moe en al snel wennen ze eraan dat dit een dagelijks terugkerend ritueel is. Het is heel anders voor hem als u overdag weggaat. Heeft u een pup of een nieuwe hond waarvan u bang bent dat hij dingen kapot zal maken of dingen doet die niet mogen als u even weg bent? Dan kunt u overwegen hem in een bench of andere veilige ruimte te zetten tijdens de oefeningen.

U moet hem dat echter wel eerst aanleren! Daarover leest u meer in het artikel over ‘ Een hondenbench gebruiken ‘. Als u de hond rustig een tijdje alleen kunt laten terwijl u elders in huis bent zonder dat hij zich daar druk om maakt, kunt u beginnen met oefeningen waarbij u ook echt het huis verlaat.

Bouw ook dit voorzichtig op: eerst doet u alleen de voordeur open en weer dicht, later stapt u heel even naar buiten. Zorg ervoor dat u altijd terug bent voordat de hond nerveus begint te worden! Maak de tijd dat u weg bent steeds een paar tellen langer, maar bouw tussendoor ook weer steeds kortere oefeningen in die de hond gemakkelijk aankan (zodat het niet zo is dat elke volgende oefening langer is dan de vorige).

Kunt u eenmaal een minuut wegblijven dan kunt u iets grotere stappen gaan nemen. Vergeet niet om ook dan regelmatig oefeningen te doen waarbij u al na korte tijd terug bent. Let op: de hond mag niet leren voorspellen wanneer u langer en wanneer u korter weg bent.

See also:  Aanschaf Hond Waar Op Letten?

Als u tijdens het oefenen bijvoorbeeld steeds na 3 langere oefeningen 1 korte oefening inplant, dan gaat hij het patroon herkennen. Probeer dat dus zo onvoorspelbaar mogelijk af te wisselen. Eindig een oefensessie wel steeds met de langste oefening.

Mocht die langste oefening onverhoopt toch niet helemaal goed gaan (wat u natuurlijk probeert te voorkomen door rustig op te bouwen), doe dan nog een kortere oefening die zeker goed gaat zodat u de training positief kunt afsluiten. Ga niet te snel door naar lange oefeningen maar oefen voldoende met minder lange oefeningen zodat de basis er goed in zit.

Gaat het goed, oefen dan ook met een zo realistisch mogelijk vertrek. Als u van huis gaat om naar uw werk te gaan of een boodschap te doen, zult u vaak een paar dingen doen zoals uw sleutels pakken, schoenen aandoen, een tas pakken en uw jas aantrekken.

Honden leren vaak dat dit voorspelt dat u weggaat, en een hond die niet goed alleen kan zijn zal al nerveus worden als hij deze voorbereidingen ziet. Oefen ze daarom mee: bedenk wat u doet voor vertrek en ga één voor één deze vertreksignalen opnemen in het oefenen, zodat uw hond meteen leert dat ook dit heel gewoon is.

Maak de tijd dat u weg bent tijdens het oefenen met deze extra vertreksignalen de eerste keren weer korter dan waar u gebleven was. Dus kon u 10 seconden naar buiten, maar neemt u nu voor het eerst uw tas mee? Blijf dan dit keer bijvoorbeeld maar 3 seconden weg en bouw dat weer langzaam op.

Neem niet uitgebreid afscheid door bijvoorbeeld de hond te knuffelen: het is de bedoeling van de oefeningen dat uw tijdelijke afwezigheid voor de hond een ‘saaie’ gebeurtenis is. Neem dus rustig en kort afscheid. Het kan helpen als u op het moment dat u weggaat een vaste, korte zin zegt, bijvoorbeeld: ‘tot straks’.

De hond leert dan tijdens de oefening dat als u dat zegt, u weliswaar even weg bent maar ook dat u op tijd weer terug bent. Het wordt voor de hond uiteindelijk een signaal dat hij zich veilig kan blijven voelen.

U moet dan wel zeker weten dat u op tijd terug bent, dus voordat de hond nerveus wordt! Ga nooit ‘stiekem’ weg, bijvoorbeeld als de hond slaapt of doordat u hem afleidt met voer. Bij uw terugkomst kunt u de hond begroeten, maar doe dat rustig en kort, bijvoorbeeld door hem gewoon gedag te zeggen met een rustige, vriendelijke stem.

  • U hoeft hem dus niet helemaal te negeren;
  • Ga hem echter niet uitgebreid knuffelen, dat kunt u later doen als hij helemaal kalm is;
  • Om geluiden van buiten te maskeren wordt wel eens gebruik gemaakt van het aanzetten van de radio of een andere geluidsbron;

Dat kan handig zijn als u een hond heeft die snel blaft als hij iets hoort, maar pas wel op. Het komt regelmatig voor dat honden met verlatingsangst ook bang zijn voor geluiden. Angst voor geluiden tijdens het alleen zijn kan de angst voor het alleen zijn ook versterken.

Van een radio of televisie weet u niet zeker welke geluiden er voorbij zullen komen. Een plotseling geluid van bijvoorbeeld een reclame of geluidsfragment tijdens een nieuwsbericht kan uw hond juist extra angstig maken.

Wilt u geluiden afspelen tijdens uw aanwezigheid, kies dan liever voor een geluidsbron waarvan u zeker weet dat het de hond niet onrustig maakt. Reageert uw hond niet sterk op geluiden van buiten, dan hoeft u ook geen muziek of ander geluid aan te zetten als u gaat oefenen met het alleen blijven.

  • Er zijn veel verschillende gedragingen die uw hond kan laten zien als hij verlatingsangst heeft;
  • Veel honden zullen janken, blaffen of piepen;
  • Ook komt geregeld voor dat honden gaan slopen, vaak bij plaatsen waar u bent weggegaan zoals krabben aan de deur of vloer maar ook wel andere voorwerpen of meubilair;

In huis plassen of poepen kan ook een uiting van stress zijn. Andere tekenen van stress zijn bijvoorbeeld onrust, hijgen, bek aflikken, gapen, steeds van positie wisselen (staan, zitten, liggen), overmatig kwijlen en soms overgeven, zwetende voetzolen hebben of ineens haar verliezen.

Vrij veel honden die verlatingsangst hebben, willen niet eten als ze alleen zijn. Er zijn echter ook honden die juist wél eten op momenten van stress. Het komt ook regelmatig voor dat honden eerst hun voer opeten maar zodra dat op is alsnog enorm gestrest raken door het alleen zijn.

Niet eten is dus vaak (niet altijd) een teken van stress; wél eten wil niet zeggen dat er niets aan de hand is! Honden met verlatingsangst volgen vaak hun eigenaar in huis, waar deze ook gaat. Omgekeerd is het niet zo, dat alle honden die de eigenaar in huis volgen ook slecht tegen alleen zijn kunnen.

  • Honden met verlatingsangst zijn vaak ontzettend blij als de eigenaar terugkomt en het kan enkele minuten duren tot ze weer gekalmeerd zijn;
  • Sommige dingen zijn opvallend zodra u thuiskomt, zoals plasjes, krassen op uw deur van nagels of een natte vacht door het kwijlen;

Sporen van uitbraakpogingen, zoals krassen, gesloopte deurposten en soms zelfs afgebroken en bloedende nagels zijn signalen dat de hond echt in paniek is en probeert te vluchten. Maar als uw hond vooral blaft en onrustig heen en weer loopt in huis, kunt u dat gemakkelijk missen.

Soms is het geblaf al gestopt omdat de hond uw auto de straat in hoort rijden en denkt u dat de hond er geen problemen mee heeft, tot u van de buren hoort dat hij tekeer is gegaan. Het is belangrijk dat u tijdens het oefenen goed in de gaten houdt of het echt wel goed gaat.

Als uw hond toch nerveus begint te worden, kan dat uitlopen op verlatingsangst. Let daarom goed op of u tekenen van onrust ziet bij uw hond. U kunt een filmcamera laten lopen als u oefent. Zo zult u het horen als hij blaft of zachtjes piept of zien als hij stresssignalen laat zien zoals onrustig heen en weer lopen of veel hijgen.

Heeft u geen camera dan kan een voicerecorder een aantal van deze signalen ook opvangen. U kunt ook een webcam of de camera van een mobiele telefoon gebruiken zodat u de hond via een andere mobiele telefoon kunt bekijken terwijl u oefent, bijvoorbeeld via software voor online meetings.

Op die manier kunt u direct reageren op wat u ziet en de oefening afbreken als u ziet dat de hond nerveus wordt. Let op: het is niet de bedoeling dat u via zo’n verbinding tegen uw hond praat terwijl u er niet bent! Zet de microfoon aan de kant van de hond uit zodat hij u en uw omgeving niet kan horen.

  • Hij moet immers wennen aan het alleen blijven, zonder enige vorm van uw aanwezigheid;
  • Bovendien bestaat er een kans dat het averechts werkt en de hond juist extra naar u op zoek gaat;
  • In sommige gevallen blijkt de reden waarom een hond blaft als hij alleen is niet te zijn dat hij angstig is, maar blaft hij omdat hij erg waaks is en steeds voorbijgangers ziet of hoort;

En er zijn ook honden die bijvoorbeeld gaan slopen uit verveling als ze te lang alleen zijn, of die in huis plassen omdat ze nog niet goed zindelijk zijn of om medische redenen of wellicht omdat ze te weinig zijn uitgelaten. Ook daarom is het van belang om bij dergelijke signalen het gedrag tijdens uw afwezigheid te filmen, zodat u kunt zien of er meer tekenen van stress en angst aanwezig zijn of dat er misschien andere redenen zijn waarom het alleen blijven niet goed gaat. Tijdens de hele training zijn er twee belangrijke dingen om op te letten:

  1. Laat uw hond nooit langer alleen dan hij aankan! Kom dus altijd op tijd terug. Dat betekent dat u niet ineens een uur kunt gaan winkelen als uw hond pas tien minuten alleen was gebleven in de training. De kans is dan groot dat hij alsnog bang wordt en dan moet u weer helemaal van voor af aan beginnen bij een paar tellen alleen. Waarschijnlijk wordt de training zelfs moeilijker omdat de hond nu de ervaring heeft dat alleen blijven hem een angstige ervaring oplevert.
  2. Straf de hond nooit voor zijn gedrag als hij toch eens is gaan blaffen, plassen of slopen. Het gedrag ontstaat immers vanuit spanning, angst of zelfs paniek, en als u hem gaat straffen wordt dat alleen maar erger omdat de situatie er voor hem nog vervelender van wordt. Angst verdwijnt niet door de hond ervoor te straffen. De hond kan er bovendien niets aan doen dat hij zich zo naar voelt: u wél, namelijk door hem niet langer alleen te laten dan hij aankan.

Als uw hond problemen heeft met het leren om alleen thuis te blijven of als hij al verlatingsangst vertoont, kan dit verschillende oorzaken hebben, bijvoorbeeld:

  • Erfelijke aanleg
  • Het is de hond nooit goed aangeleerd om alleen te blijven
  • De hond heeft het wel geleerd en het ging goed, maar daarna hoefde hij een hele tijd nooit alleen thuis te blijven waardoor hij dit verleerde. Toen dit wel weer nodig was, is het niet opnieuw opgebouwd (denk aan situaties na vakanties of na ziekte of werkloosheid van de baas).
  • De hond heeft iets engs of vervelends meegemaakt toen hij alleen was (bijvoorbeeld onweer of inbraak).
  • Er is een plotselinge verandering van omstandigheden, bijvoorbeeld er is iemand uit het huishouden weggegaan door scheiding, uit huis gaan van kinderen of door overlijden. Of de hond is herplaatst, of u bent verhuisd.
  • Oudere honden kunnen ineens problemen gaan krijgen met het alleen blijven, doordat er veranderingen in de hersenen plaatsvinden (zoals dementie).
  • Fysieke aandoeningen kunnen effect hebben op het alleen blijven, denk aan blaasontsteking waardoor de hond ineens onzindelijk kan lijken, maar ook andere ziektes en pijn hebben effect op hoe de hond zich voelt. Het komt voor dat plotseling optredende verlatingsangst wordt veroorzaakt door een medisch probleem.

Sommige honden die, wanneer ze alleen moeten blijven, in een beperkte ruimte moeten zitten zoals in een bench of kleine kamer kunnen stress vertonen die niet te maken heeft met het alleen zijn maar met het ‘opgesloten’ zitten en doen het veel beter als ze vrij in huis mogen rondlopen. Opgesloten zijn betekent dat de hond geen controle heeft over zijn situatie en dat kan stress opleveren. Een hond met verlatingsangst ervaart stress, angst en soms paniek. Het is niet zo dat een hond bijvoorbeeld iets gaat slopen of in huis plast ‘omdat hij kwaad is dat hij niet mee mag’, ‘uit wraak’! En als uw hond zich ‘schuldig’ gedraagt wanneer u thuiskomt en er is iets gesloopt of er ligt plas, dan is dat niet omdat hij zich schuldig voelt.

Regel dus een oppas! Ook een dagopvang of hondenuitlaatservice kunnen hierbij helpen. Hij neemt een onderdanige houding aan omdat hij merkt dat u niet blij of zelfs boos bent en hij wil voorkomen dat u agressie tegen hem vertoont, zoals boos tegen hem praten of hem op andere manieren straffen.

Maar hij snapt niet dat uw boosheid wordt veroorzaakt door iets wat hij misschien al een uur eerder heeft gedaan, uit angst, en hij weet ook niet dat dit ‘niet mag’: het was voor hem dan ook geen bewuste keuze maar een uiting van zijn stress en paniek! Verlatingsangst is een vervelend probleem dat de hond veel stress bezorgt en zijn welzijn en zijn gezondheid benadeelt.

Een goede opbouw op jonge leeftijd kan de kans op problemen verkleinen, maar verlatingsangst kan niet altijd voorkomen worden. Met een goede training en soms met medicijnen kan verlatingsangst behandeld worden.

Dit vergt wel inzet, want er is geen ‘quick fix’. De terugkerende stress van verlatingsangst is echter voor uw hond zowel heel vervelend als ongezond, en ook voor uw huisraad en de relatie met de buren is het belangrijk er iets aan te doen. Straf uw hond nooit voor zijn angst en gebruik nooit hulpmiddelen zoals een anti-blafband: deze werken averechts, geven de hond nog meer stress en zijn daardoor slecht voor het welzijn van de hond.

Hij blaft misschien niet meer, maar hij voelt zich waarschijnlijk nog ellendiger. Vertoont uw hond tekenen van verlatingsangst, ga dan eerst naar een dierenarts om mogelijke lichamelijke problemen uit te sluiten.

Een gediplomeerde hondengedragstherapeut of een veterinair gedragsspecialist kan u vervolgens helpen om een behandelplan op te stellen om het probleem aan te pakken. Hoe u aan betrouwbare adressen komt, leest u in het artikel over ‘ Gedragstherapie voor de hond ‘..

Waar slaapt een hond het liefst op?

Welke plek kies ik voor de slaapplaats? – De plaats van de slaapplek is érg belangrijk. Een hond moet zich terug kunnen trekken naar een eigen, veilige en rustige plek om te rusten of te slapen. De meeste honden zijn graag in de buurt van jou en je gezin, andere honden zoeken liever een rustige plek alleen op.

See also:  Wanneer Hond Plukken?

Voor het comfort is het belangrijk om ervoor te zorgen dat de slaapplek een zachte ondergrond heeft. Ook is het verstandig om de slaapplek in een ruimte te plaatsen die niet te warm of te koud is en vrij van tocht en vocht.

Wanneer de slaapplek op een koude vloer in een nauwelijks verwarmde ruimte geplaatst wordt, dien je voor een warme isolerende ondergrond te kiezen. Op plaatsen met vloerverwarming en een constante temperatuur is een dik kussen vaak weer iets te warm en niet meer echt lekker comfortabel.

Kan een hond s nachts alleen zijn?

Geplaatst: 03/02/2022 De meeste honden voelen zich het prettigst als ze in gezelschap zijn; alleen achterblijven valt ze soms best zwaar. Sommige honden wennen er nooit aan. Toch kun je door een gerichte aanpak voorkomen dat je pup straks hoort bij de categorie viervoeters die het huis afbreken zodra ze alleen worden gelaten.

DE EERST NACHTEN MET JE PUPPY Als je een pup krijgt, is het niet de bedoeling dat je het hondje meteen al (lang) alleen laat. De pup moet zijn broers en zusjes al missen, en de warmte en verzorging van zijn moeder.

Hij moet eerst wennen aan zijn nieuwe omgeving. Pas als hij zich daarin vertrouwd voelt, kun je hem af en toe even alleen laten. De nachten zijn lang en eenzaam voor een jong hondje in zijn eentje. Toch is dat wat veel pups moeten ondergaan als ze bij hun nieuwe baasje zijn aangekomen.

  1. Men legt de pup ‘s nachts vaak meteen op het plekje dat hem is toebedacht; meestal een plek waar de hond weinig kwaad kan;
  2. Maar voor de meeste pups is zo’n nacht alleen vreselijk;
  3. Ze voelen zich totaal in de steek gelaten en ze zijn in paniek, omdat hun gekerm om aandacht en verzorging niet wordt gehonoreerd;

Normaal gesproken zou hun moeder direct afkomen op hun gejammer, maar nu luistert er blijkbaar niemand meer naar ze. Neem die rol de eerste paar dagen over, zodat de pup merkt dat jij zijn nieuwe moeder bent. Mopper of snauw niet naar de pup, maar wees zorgzaam zodat de pup op zijn gemak wordt gesteld.

De nachten zijn lang en eenzaam voor een pup in zijn eentje.   WAT DOE JE ALS JE PUP ‘S NACHTS PIEPT? Veel beter is het om de pup in het begin bij je op de slaapkamer te nemen, in een bench naast je bed. Je kunt hem dan, door wat sussende woordjes te spreken of even een hand uit te steken, geruststellen als hij wakker wordt en vol schrik merkt dat hij moederziel alleen is. Zo kun je je puppy laten merken dat je er voor hem bent. Dat weliswaar zijn moeder er niet meer is, maar dat jij voor hem zult zorgen als hij zich naar voelt.

HOE LANG MOET JE EEN PUP BIJ JE LATEN SLAPEN? Hoe lang je een pup bij je laat slapen is afhankelijk van de pup en zijn gedrag, maar meestal is een paar nachten voldoende. Belangrijk is dat je pup rustiger is en doorslaapt. Dit zal per nacht steeds beter gaan. Als ze er langzaam aan gewend zijn dat er niet altijd iemand in hun buurt is, is het moment daar om ze een andere vaste plek te geven als je dat wilt. REAGEER METEEN ALS JE PUP ‘S NACHTS PIEPT Pups moeten ‘s nachts hun behoefte doen.

Pups raken niet verpest als ze ‘s nachts bij je slapen. En het zindelijk worden verloopt voorspoediger, want je merkt het wanneer hij iets moet doen. Stel je er daarom op in dat je in het begin een paar keer je bed uit zult moeten om de pup uit te laten.

Reageer meteen als je merkt dat je pup onrustig wordt, omdat hij uit moet. Laat hem niet jammeren; hij zal zijn frustratie, omdat hij niet weg kan om buiten zijn nest een behoefte te doen, associëren met zijn bench en het feit dat hij alleen is. Je pup moet het vertrouwen kunnen opbouwen dat er voldaan wordt aan zijn noden.

Dat lukt je niet als je hem in zijn sop gaar laat koken. Vroeger was het heel normaal om pups meteen hele nachten alleen te laten. Buren werden dan gewaarschuwd dat er de eerste tijd slecht geslapen zou worden, omdat het kermende hondje de hele buurt wakker zou houden.

Maar gelukkig zijn er tegenwoordige andere inzichten die pups en ook hun eigenaren en buren voor al die ellende behoeden. Eerst is er nog de vertrouwde nestgeur en warmte van je broertjes en je zusjes. en dan moet je het opeens in je eentje zien te redden. IN DE BENCH Als de pup ‘s nachts in een bench slaapt, zal het verblijf in de bench op zich geen probleem meer voor hem zijn. Daarom is het handig je pup ook een bench te geven in de huiskamer, of daar waar je straks zijn vaste ligplaats wilt maken.

  • Pups hebben ongelukjes en weten nog niet wat wel of geen speelgoed voor ze is;
  • Dan is een bench heel prettig als je even niet goed op je pup kunt letten;
  • Als je kinderen hebt is een bench helemaal ideaal, omdat het voor hen een duidelijk teken is dat de puppy moet rusten;

Zorg voor prettige ervaringen in de bench. Geef je pup daar zijn eten of een speeltje, al dan niet met lekkers erin verstopt. Geef hem aandacht als hij rustig is in de bench, niet als hij piept of aan het hekje krabt! Haal de pup uit de bench zodra hij wakker wordt; zo voorkom je dat hij gaat jammeren.

Zeg altijd ‘ik ga even weg, ik ben zo terug’ maak het leven van je hond zo duidelijk mogelijk Als je pup op zijn gemak is in zijn nieuwe omgeving en aan de bench is gewend – dat kost misschien een dag of twee, drie – is het moment gekomen om hem te wennen dat je er af en toe niet bent. Zeg ‘ik ga even weg, ik ben zo terug’ en geef de pup iets lekkers als bezighouder. Ga de kamer uit, maar kom binnen een minuutje weer terug, voordat de pup de tijd heeft gekregen om zich te realiseren dat je weg bent en gaat piepen. Herhaal dit regelmatig, een paar keer per dag.

Zeg iedere keer als je even weggaat iets als ‘ik ga even weg, ik ben zo terug’, maak daar een vast ritueel van. Doe vrolijk, praat niet op bezorgde toon, maak er geen punt van. Grote kans dat je pup dit dan ook niet doet.

Bouw de tijd dat je de kamer uit bent langzaam op. Het is zaak te voorkomen dat je pup onrustig wordt, omdat je weg bent. Mocht dit toch een keer gebeuren, ga dan niet meteen naar binnen, maar wacht totdat je pup weer stil is. Als je wel zou reageren op gepiep of gekrabbel of andere vormen van onrust door naar binnen te gaan, leert je pup namelijk dat zijn gejammer werkt.

RITUELEN GEVEN ZEKERHEID Lang is gezegd dat het voor honden die niet alleen kunnen zijn, goed zou zijn om het ritueel van weg gaan steeds te veranderen. De honden zouden namelijk al alert en bang worden bij het zien van de eerste tekenen die gewoonlijk je vertrek aankondigen, zoals het aandoen van je jas, het pakken van je sleutels of het sluiten van ramen. Deze vaste gewoontes zouden ervoor zorgen dat honden al lang voordat je de deur achter je dichttrekt, in een miserabele stemming zijn.

Hij zal daar dan dankbaar gebruik van maken. Het veranderen van de vaste rituelen zou het opbouwen van deze angst voorkomen. Maar het tegendeel blijkt waar. Als je het huis op volstrekt onvoorspelbare manieren gaat verlaten, kunnen honden zich helemaal nergens meer op instellen.

In plaats van zich te kunnen ontspannen zolang er geen ritueel te zien is worden ze extra onrustig, omdat er geen duidelijk teken meer is. Honden kunnen dan zo ver komen dat ze zich helemaal niet meer kunnen ontspannen: ze zijn dan voortdurend alert om te checken of je weggaat.

  • Hun onrust neemt juist toe in plaats van af;
  • Daarom is het heel belangrijk om een hond te vertellen dat je weggaat, met een vast zinnetje zodat hij weet waar hij aan toe is;
  • Maak het leven voor je hond zo duidelijk mogelijk;

PUPPY WACHT! Een andere manier om een pup te wennen aan alleen-zijn, is hem te leren dat hij je niet zomaar overal achterna kan lopen. Leer je pup te wachten als je een deur uitgaat. Met de oefening ‘zit’ gaat dat heel gemakkelijk. Eerst doe je de oefening maar heel eventjes, zodat je zeker weet dat de pup blijft zitten.

De duur dat je aan de andere kant van de deur bent voer je langzaam op. Natuurlijk moet je de pup eerst leren wat ‘zit’ is, en dat hij moet blijven zitten totdat jij zegt dat hij klaar is. Dit leer je u hem in de kamer.

Gaat dat goed, dan ga je rondlopen terwijl de pup moet blijven zitten totdat je zegt dat hij vrij is. Dit lijkt misschien een moeilijke opgave voor zo’n jong hondje, maar pups leren razendsnel. Als je je uw pup op deze manier opvoedt en begeleidt in het proces van leren alleen te zijn, heb je de meeste kans dat hij opgroeit tot een volwassen hond met zelfvertrouwen.

  1. Als je een hond van het ene moment op het andere klakkeloos alleen laat en hem wellicht ook nog eens straft als hij de boel bij elkaar gilt, ontneem je hem de kans te leren zich te ontspannen als hij alleen is;

Alleen zijn en frustratie en stress horen dan onlosmakelijk bij elkaar, een vicieuze cirkel die vrijwel niet meer te doorbreken is. Maak van je pup een relaxte thuisblijver en vergelijk ook eens de verschillende huisdierenverzekeringen. Met de juiste dierenverzekering voor je pup kun je hoge dierenartskosten voorkomen.

Is het erg als een hond veel slaapt?

Honden slapen veel, maar niet in één keer Vergeleken met mensen slapen honden veel. Volgens de Amerikaanse organisatie National Sleep Foundation heeft de gemiddelde mens aan zo’n 7-9 uur slaap per nacht ruim genoeg. Honden daarentegen slapen gemiddeld 12-14 uur per 24-uurscyclus (bron).

Hoe kun je zien of je hond ziek is?

Symptomen van een zieke hond – Bij een eventuele ziekte kan je hond de volgende symptomen hebben:

  • Een slechte adem of kwijlen.
  • Overmatig veel drinken of plassen.
  • Veel meer of juist minder gaan eten en daardoor aankomen of afvallen.
  • Een verandering in het energielevel (of verlies van interesse in dingen die hem eerder wél interesseerden).
  • Stijfheid of moeite met opstaan en traplopen.
  • Meer slapen dan normaal, of andere gedragsveranderingen.
  • Hoesten, niesen, (te)veel hijgen of een moeizame ademhaling.
  • Droge of jeukende huid, zweren, knobbels onder de huid of schudden met het hoofd.
  • Regelmatig diarree of juist obstipatie.
  • Droge, rode en troebele ogen.

Als je hond één van bovenstaande symptomen vertoont, is het raadzaam om direct contact op te nemen met je dierenarts. Omdat ziektes niet altijd te herkennen zijn en omdat symptomen van ziektes vaak worden toegewezen aan ouderdom, komen ziektes regelmatig pas bij controles aan het licht. Mede daarom is het belangrijk om je hond jaarlijks te laten controleren door je dierenarts.

Hoe merk je dat je hond dood gaat?

Doe dit nooit met honden! | DierenpraatTV

Hoe weet ik of mijn oude hond sterft?  – Een oude hond die stervende is vertoont typische gedragskenmerken. De leeftijd waarop een hond een natuurlijke dood sterft, is voor elk hondenras verschillend. De leeftijd kan variëren van 8 tot 16 jaar. Natuurlijk zijn er altijd uitzonderingen op de regel. De meest voorkomende symptomen van een stervende oude hond zijn onder andere:

  • Het tandvlees en de slijmvliezen zijn bleek van kleur: dat komt omdat het hart minder snel bloed rondgepompt. Daardoor is ook het zuurstofgehalte in het bloed lager. Het tandvlees van de hond kan wit of blauwachtig van kleur zijn.
  • De ademhaling is moeilijk en diep: de manier waarop oude honden die sterven ademhalen verandert. De klank is vaak zwaarder en dieper, maar kan juist ook sneller zijn. Dit komt veel voor bij honden die pijn hebben. Ademhalen kost in deze fase moeite.
  • Bewegen is pijnlijk: als het einde nadert kan bewegen pijnlijk zijn. De hond komt niet meer uit zijn mand en doet geen moeite meer om je te begroeten. De kleinste aanraking kan in dit stadium al pijnlijk zijn. Dit uiten oude honden ook door te grommen of te blaffen.
  • De hond eet en drinkt niet meer: wanneer jouw viervoeter weet dat hij gaat sterven, hebben ze vaak geen of weinig trek. Dat geldt ook voor het drinken.
  • Lichaamsgewicht neemt af: een stervende hond verliest ook lichaamsgewicht. Dat komt omdat ze vaak niet meer of te weinig eten. Ook pijn zorgt ervoor dat jouw oude viervoeter vermagert. Dat kost zeker in deze fase heel veel energie.
  • Lichaamstemperatuur daalt: het lichaam van de hond voelt koud aan. Ook als je hem warm houdt met een dekentje. Het lichaam bereidt zich langzaam voor op het sterfproces. Het hart werkt minder goed. Ook het bloed minder snel rondgepompt.
  • De hond is futloos: stervende honden zijn futloos en hebben een gebrek aan energie. Vaak liggen ze de hele dag in hun mand, zonder zich te vervoeren.
  • Onrustig gedrag of afzonderen: een stervende oude hond heeft de neiging om zich terug te trekken. Vaak zoeken ze een rustige of zelfs een ongewone plaats op.
  • De hond laat zijn plas lopen: oude honden die sterven worden vaak incontinent. Dat wil zeggen dat ze hun plas en poep laten lopen. Dat kan te maken hebben met het gebrek aan energie, maar ook met pijn. Jouw viervoeter kan bijvoorbeeld moeilijk een zittende beweging maken door toedoen van HD, ED of artrose.

Kan een hond een depressie hebben?

Ik hoor het je bijna hardop denken: een depressie bij honden? Ja, ook honden kunnen depressief worden. Dit kan een korte dip zijn, die slechts een paar dagen duurt, maar de depressie kan ook langere tijd duren.