Hoe Snel Is Een Hond Zindelijk?
Mary Taylor
- 0
- 38
Hoe lang duurt het? – De tijd die je uit moet trekken voor zindelijkheidstraining loopt uiteen. Sommige pups zijn al bijna zindelijk als je ze in huis neemt, maar meestal duurt het wat langer. Omdat de hond controle moet leren krijgen over de spieren die zijn behoeften reguleren duurt het vaak zo’n 7 tot 8 maanden voor je pup volledig zindelijk is.
Hoe krijg ik mijn hond zo snel mogelijk zindelijk?
Bench – Een bench kan helpen bij het zindelijk maken, indien goed aangeleerd. Je hond zal zijn best doen om zijn plas en poep op te houden als hij in de bench zit. Hij ziet zijn bench als nest, het natuurlijke zindelijkheidsgevoel wordt geprikkeld. Let op: De bench mag niet te groot zijn anders zal de pup het niet in zijn geheel als nest zien.
Hoe je binnen een week een compleet zindelijke hond of pup hebt?
Vaste momenten – Puppy’s moeten ongeveer elke 30-60 minuten plassen en na het eten en spelen zullen ze vaak moeten poepen. Wanneer je de eetmomenten strikt inplant, weet je ongeveer hoe lang de pup zijn ontlasting vast kan houden, dit kun je dan gaan rekken.
- Zet de puppy na elk eetmoment op de juiste plek om te ontlasten.
- Zet de puppy na veel gespeeld en/of gedronken te hebben op deze plek.
- Wanneer de puppy veel piept, kan het zo zijn dat hij moet plassen of poepen.
- Snel nadat het hondje wakker wordt zal hij ook nodig moeten plassen of poepen.
Soms lukt het binnen een week om je pup zindelijk te krijgen, soms duurt het wat langer. Dit is afhankelijk van hoe snel je hond leert. Mocht het na een paar maanden nog niet gelukt zijn, neem dan contact op met een dierenarts of gedragstherapeut. Bekijk het assortiment zindelijkheidstraining op Plein. nl.
Hoe lang kan pup 12 weken plas ophouden?
Hoe vaak moet je een puppy ‘uitlaten’
Leeftijd puppy | Plas ophouden | Minimaal aantal keer naar buiten per dag |
---|---|---|
8 weken | 2 uur | 12 keer |
12 weken | 3-4 uur | 6-8 keer |
16 weken | 4-5 uur | 5-6 keer |
20 weken | 5-6 uur | 4-5 keer |
.
Hoe lang plast een pup in huis?
Hoelang kan een pup zijn behoeften ophouden? – Uiteraard in het begin nog niet zolang, maar naar mate de pup ouder wordt is hij steeds beter in staat om zijn plas en poep op te houden. Een pup van 8 weken oud houdt het hooguit 2 tot 2,5 uur vol maar wanneer ze 12 weken oud zijn lukt het ze vaak al om het 3 tot 4 uren in te houden.
Hoe laat water weghalen pup?
Zet s’ avonds het water weg – Deze tip lijkt misschien zielig, maar dat valt wel mee. Het weghalen van het waterbakje als je naar bed gaat, is namelijk erg effectief als je jouw puppy zindelijk wilt maken. Als je het water voor het slapen gaan weghaalt, verminder je de kans dat je pup ‘s nachts in huis plast.
- De meeste pups kunnen ongeveer zeven uur slapen zonder te hoeven plassen;
- Als je puppy je ‘s nachts wakker maakt, dan hoef je niet meteen te reageren;
- Doe je dit wel, dan denkt je pup dat het tijd is om te spelen en zal hij misschien niet meer gaan slapen;
Kan je puppy het echt niet meer ophouden, dan kan je hem even snel uitlaten, om vervolgens weer lekker verder te slapen.
Hoe straf je een hond die in huis plast?
Kennelonzindelijkheid – Honden die lange tijd in een asiel zitten en weinig buiten komen of honden die veel alleen zijn thuis kunnen kennelonzindelijkheid ontwikkelen. Normaalgesproken zal een hond zijn eigen plek niet bevuilen, maar wanneer er geen kans wordt geboden de behoefte buiten te doen kan dit toch optreden.
Op een gegeven moment kan dit een gewoonte of aangeleerd gedrag worden. Zorg er dus voor als u uw hond alleen thuis moet laten dat iemand hem een aantal keren per dag uit kan laten. Let op! Straffen heeft geen zin en kan het probleem alleen maar verergeren! Over het algemeen geldt voor plassen in huis als gevolg van een gedragsprobleem dat de hond niet gestraft mag worden.
Dit kan het gedrag juist verergeren. Er is tenslotte een reden waarom de hond in huis plast. Het is belangrijk om de oorzaak hiervan aan te pakken. In sommige gevallen is daarbij (gedrags)training noodzakelijk. Deze training kan ondersteund worden d. voedingssupplementen.
Hoe geeft een hond aan dat hij moet plassen?
Thuis voorkom je ongelukken en beloon je goed gedrag – Zodra je puppy thuis is, is de truc om ongelukjes te voorkomen en goed gedrag te belonen. Zorg er voor dat je pup regelmatig naar buiten gaat om iets te kunnen doen. In ieder geval na het eten, na het spelen, na het slapen en in het begin ook om het uur. Probeer daarnaast op je puppy te letten, is hij erg aan het snuffelen of rondjes aan het draaien? Dan is de kans groot dat hij zijn behoefte moet doen.
Hondjes houden vaak automatisch hun plas in zodra je ze oppakt. Dus als je iets aan ziet komen snel je pupje pakken en neer zetten waar hij zijn behoefte mag doen. Als je zelf even rust wilt is het handig de pup in zijn bench te zetten.
Hij zal niet alleen meer moeite doen om zijn eigen slaapplekje schoon te houden, maar ook minder snel weer ‘moeten’ omdat hij minder beweegt en de blaas juist door dat bewegen geprikkeld wordt. Heb je een pupje dat in de bench plast? Probeer dan of de bench verkleinen helpt, door er bijvoorbeeld een grote stevige doos in te zetten.
Hoe weet je of een hond moet plassen?
Stap 1: Herkennen – Wanneer je pup zijn behoefte wil doen, kun je dit herkennen aan een aantal signalen. Zo snuffelt hij op de grond, loopt hij rondjes en/of hurkt hij. Wanneer je dit ziet, til je je puppy meteen op en zet je hem buiten neer. Hierdoor leert hij dat hij buiten moet plassen.
Hoe lang moet je s nachts opstaan voor een puppy?
Pups kunnen hun behoefte nog niet goed ophouden. Je moet dus in het begin om de paar uur met je kleine viervoeter naar buiten, en in ieder geval altijd meteen na het eten, spelen en wakker worden. Ook ‘s nachts laat je hem om de drie à vier uur uit om ongelukjes te voorkomen.
Hoe vaak moet een puppy poepen?
Hoe vaak zal mijn puppy poepen? – Het is normaal dat een puppy in begin 5-6 keer per dag zijn ontlasting doet. Sommige pups poepen zelfs vaker. Het goede nieuws is dat dit minder wordt naarmate de hond ouder wordt. Hoewel een puppy van 2 weken bij elke voeding poept, zal dat na 12 weken nog maar 4 keer per dag zijn.
- Met 6 maanden is dat misschien nog maar 3 keer per dag;
- Tegen de tijd dat ze 1 jaar oud zijn, hebben ze meestal hun “normale” poepritme te pakken;
- Een volwassen hond poept meestal één keer per dag, maar dat kan oplopen tot 3 keer per dag;
Veranderingen in het poepritme van een puppy moet geleidelijk gaan. Neem bij plotselinge veranderingen contact op met de dierenarts. Let op de frequentie, maar ook op de consistentie, kleur en textuur. Let ook op alles wat niet in de ontlasting thuishoort, zoals wormfragmenten die eruit kunnen zien als spaghetti of rijstkorrels of stukjes speelgoed die jouw pup misschien heeft opgegeten.
Hoe laat je een pup alleen?
Kan een hond 5 uur alleen zijn?
Honden zijn van nature graag bij hun groepsgenoten. Onze huishonden moeten echter regelmatig alleen thuis blijven. Voor een paar uur is dat meestal geen probleem, maar het moet de hond wel eerst aangeleerd worden. Hij moet het vertrouwen krijgen dat u altijd weer terug zult komen. Besteedt u hier te weinig aandacht aan, dan is de kans groter dat uw hond angst voor alleen zijn ontwikkelt.
Hij kan dan bijvoorbeeld gaan blaffen, het huis slopen of onzindelijk worden als u hem te lang alleen laat. Angst om alleen te zijn is heel vervelend, zowel voor de hond als voor u. Het is niet altijd te voorkomen, maar u maakt de kans dat uw hond angst ontwikkelt zo klein mogelijk als u hem stap voor stap aanleert om alleen thuis te blijven.
Heeft u een pup, begin dan op jonge leeftijd al met oefenen. Ook als u een nieuwe volwassen hond heeft, is het verstandig om voorzichtig te bekijken of de hond wel of niet alleen kan zijn. Ook al kon de hond in zijn vorige huis wel goed alleen thuis zijn, alleen blijven in een nieuwe omgeving brengt altijd meer stress met zich mee.
- De hond zal eerst bij u moeten wennen dus bouw het alleen blijven altijd langzaam op;
- Bij een hond die niet alleen kan blijven zonder angstig te worden, gaat het vaak om de aanwezigheid van mensen in het algemeen;
In dat geval is een oppas voldoende om de hond rustig te houden. Er zijn echter ook honden die zo gehecht zijn aan één bepaald persoon dat ze er niet tegen kunnen als ze van die persoon (of enkele specifieke geliefde personen) gescheiden zijn. In zo’n geval helpt een oppas dus niet! De laatste vorm is in feite échte ‘verlatingsangst’; de eerste is ‘angst om alleen te zijn’.
Beide vormen worden bij honden echter vaak verlatingsangst (of in het Engels ‘separation anxiety’) genoemd en die term zullen we hier ook gebruiken. Geen enkele hond vindt het leuk om lang alleen te moeten zijn.
Honden hebben sociaal contact en beweging nodig en natuurlijk moeten ze ook regelmatig hun behoefte kunnen doen. Een richtlijn is om volwassen honden niet langer dan 4 tot maximaal (en niet elke dag) 6 uur achter elkaar alleen te laten. Hoe lang voor uw hond mogelijk is, verschilt per individu.
Moet u toch eens langer weg, schakel dan een oppas of uitlaatservice in. Pups hebben veel contact en toezicht nodig en kunnen niet lang alleen zijn, 4 uur is voor hen veel te lang. Als u een pup in huis neemt, moet u er dus rekening mee houden dat u zeker het eerste half jaar niet lang van huis kunt! Er is veel verschil in hoe vervelend honden het vinden om alleen te moeten blijven.
Erfelijke aanleg speelt een rol. Uit sommige onderzoeken komen verschillen in gevoeligheid tussen rassen; zo is er een onderzoek waarbij Cocker Spaniels, Schnauzers en Teckels gevoeliger dan gemiddeld leken te zijn en in een ander onderzoek werden ook Engelse Springer Spaniels en Golden Retrievers genoemd.
Er zijn echter ook onderzoeken waarin geen verschil tussen rassen werd gezien. Ook binnen een ras kunnen er foklijnen zijn waarin de honden meer moeite hebben met alleen blijven en een grotere kans hebben om verlatingsangst te ontwikkelen.
Honden die van een rescue organisatie komen zijn vaak extra gevoelig. Dit kan komen doordat ze als pup geen veilige hechting hadden met het moederdier, bijvoorbeeld door slechte omstandigheden tijdens het leven op straat of jong verlies van hun moeder. Mogelijk kunnen deze pups daardoor in hun latere leven hechtingsproblemen krijgen, zoals overmatig gebonden zijn aan een of enkele personen.
Dat kan overigens ook gelden voor asielhonden. Bij plaatsing vormen zij vaak snel een sterke band en zijn dan extra gevoelig voor het (tijdelijk) verbreken daarvan. Daarnaast kunnen opgedane ervaringen invloed hebben op het ontwikkelen van angst voor alleen zijn.
Kijk dus altijd naar uw hond en hoe deze reageert. De training moet hierop afgestemd worden. Die training houdt in dat u heel geleidelijk het alleen blijven moet gaan introduceren en aanleren. Bij de ene hond zult u veel sneller door de stappen kunnen gaan dan bij de andere.
De in dit artikel beschreven opbouw geldt voor honden die nog niet geleerd hebben om alleen te blijven, zoals pups, en die nog niet bang zijn om alleen te zijn. Bij het leren om alleen te zijn is het heel belangrijk dat u de oefening langzaam opbouwt.
Het is namelijk de bedoeling dat de hond het vertrouwen krijgt én houdt dat u altijd terugkomt en dat het niet nodig is om nerveus te worden. Heeft u te veel haast en laat u de hond te lang alleen, dan zal hij zich onrustig gaan voelen en kan stress zich gaan opbouwen.
- Dat vervelende gevoel dat hij dan heeft, zal hij gaan koppelen aan het alleen zijn;
- Het gevolg is dat hij voortaan steeds als hij alleen moet blijven, ook al is het maar even, dat gevoel weer krijgt;
- Hij is het vertrouwen kwijt dat u snel weer terugkomt;
Dit moet u voorkomen omdat het erg moeilijk is om dat vertrouwen weer terug te krijgen, u moet dan helemaal opnieuw beginnen met oefenen! Overhaast het dus niet, laat de hond het tempo bepalen. Ook al lijkt het langzaam te gaan, u bereikt zo uw uiteindelijke doel sneller.
Begin niet met oefenen om alleen te blijven op momenten dat uw hond vol energie zit. Kies eerder de momenten uit dat hij moe is van het wandelen of spelen. Hij zal dan veel sneller rustig blijven liggen op zijn eigen plek.
Natuurlijk is het ook verstandig als de hond voor het oefenen zijn behoeften heeft kunnen doen. Een eerste voorbereiding voor het alleen thuis blijven is om ervoor te zorgen dat uw hond zelfstandig is. Voor honden die constant achter hun eigenaar aanlopen in huis en eraan gewend zijn dat de baas altijd in de buurt is, is het contrast erg groot als de baas even weg moet.
Leer de hond dus om ook terwijl u thuis bezig bent, rustig in de kamer of op zijn eigen plek te blijven liggen in plaats van u te volgen. Dit oefent u eerst terwijl u in dezelfde kamer bent, daarna kunt u ook een paar tellen de kamer verlaten.
Zorg dat de hond iets te doen heeft, bijvoorbeeld dat er speelgoed ligt waar hij veilig op kan kauwen. Als dit goed gaat, dan kunt u voorzichtig de tijd dat u de kamer uit bent wat opbouwen. Hoe snel dat kan, ligt aan de reactie van uw hond. Maak de tijd eerst langer met stapjes van een paar seconden; kunt u zonder problemen een minuut wegblijven dan kunt u de stappen wat groter gaan maken (bijvoorbeeld met stapjes van 10-20 seconden tegelijk).
- Hoe langer u weg kunt blijven, hoe groter u de stappen kunt maken, maar kijk naar uw hond om te bepalen wat voor hem haalbaar is;
- Zorg er hierbij voor dat u de tijd niet alleen maar steeds langer maakt maar kom tussendoor ook regelmatig weer snel terug;
Geef bij de oefeningen in huis geen aandacht aan de hond. Let op: misschien slaapt uw hond beneden in de huiskamer en gaat dat prima. Dat betekent echter niet dat hij overdag ook zo lang alleen kan blijven! Het naar bed gaan is voor de hond een hele duidelijke context en veel honden hebben snel in de gaten dat u niet echt weg bent.
Bovendien zijn ze dan moe en al snel wennen ze eraan dat dit een dagelijks terugkerend ritueel is. Het is heel anders voor hem als u overdag weggaat. Heeft u een pup of een nieuwe hond waarvan u bang bent dat hij dingen kapot zal maken of dingen doet die niet mogen als u even weg bent? Dan kunt u overwegen hem in een bench of andere veilige ruimte te zetten tijdens de oefeningen.
U moet hem dat echter wel eerst aanleren! Daarover leest u meer in het artikel over ‘ Een hondenbench gebruiken ‘. Als u de hond rustig een tijdje alleen kunt laten terwijl u elders in huis bent zonder dat hij zich daar druk om maakt, kunt u beginnen met oefeningen waarbij u ook echt het huis verlaat.
Bouw ook dit voorzichtig op: eerst doet u alleen de voordeur open en weer dicht, later stapt u heel even naar buiten. Zorg ervoor dat u altijd terug bent voordat de hond nerveus begint te worden! Maak de tijd dat u weg bent steeds een paar tellen langer, maar bouw tussendoor ook weer steeds kortere oefeningen in die de hond gemakkelijk aankan (zodat het niet zo is dat elke volgende oefening langer is dan de vorige).
Kunt u eenmaal een minuut wegblijven dan kunt u iets grotere stappen gaan nemen. Vergeet niet om ook dan regelmatig oefeningen te doen waarbij u al na korte tijd terug bent. Let op: de hond mag niet leren voorspellen wanneer u langer en wanneer u korter weg bent.
Als u tijdens het oefenen bijvoorbeeld steeds na 3 langere oefeningen 1 korte oefening inplant, dan gaat hij het patroon herkennen. Probeer dat dus zo onvoorspelbaar mogelijk af te wisselen. Eindig een oefensessie wel steeds met de langste oefening.
Mocht die langste oefening onverhoopt toch niet helemaal goed gaan (wat u natuurlijk probeert te voorkomen door rustig op te bouwen), doe dan nog een kortere oefening die zeker goed gaat zodat u de training positief kunt afsluiten. Ga niet te snel door naar lange oefeningen maar oefen voldoende met minder lange oefeningen zodat de basis er goed in zit.
Gaat het goed, oefen dan ook met een zo realistisch mogelijk vertrek. Als u van huis gaat om naar uw werk te gaan of een boodschap te doen, zult u vaak een paar dingen doen zoals uw sleutels pakken, schoenen aandoen, een tas pakken en uw jas aantrekken.
Honden leren vaak dat dit voorspelt dat u weggaat, en een hond die niet goed alleen kan zijn zal al nerveus worden als hij deze voorbereidingen ziet. Oefen ze daarom mee: bedenk wat u doet voor vertrek en ga één voor één deze vertreksignalen opnemen in het oefenen, zodat uw hond meteen leert dat ook dit heel gewoon is.
Maak de tijd dat u weg bent tijdens het oefenen met deze extra vertreksignalen de eerste keren weer korter dan waar u gebleven was. Dus kon u 10 seconden naar buiten, maar neemt u nu voor het eerst uw tas mee? Blijf dan dit keer bijvoorbeeld maar 3 seconden weg en bouw dat weer langzaam op.
Neem niet uitgebreid afscheid door bijvoorbeeld de hond te knuffelen: het is de bedoeling van de oefeningen dat uw tijdelijke afwezigheid voor de hond een ‘saaie’ gebeurtenis is. Neem dus rustig en kort afscheid. Het kan helpen als u op het moment dat u weggaat een vaste, korte zin zegt, bijvoorbeeld: ‘tot straks’.
- De hond leert dan tijdens de oefening dat als u dat zegt, u weliswaar even weg bent maar ook dat u op tijd weer terug bent;
- Het wordt voor de hond uiteindelijk een signaal dat hij zich veilig kan blijven voelen;
U moet dan wel zeker weten dat u op tijd terug bent, dus voordat de hond nerveus wordt! Ga nooit ‘stiekem’ weg, bijvoorbeeld als de hond slaapt of doordat u hem afleidt met voer. Bij uw terugkomst kunt u de hond begroeten, maar doe dat rustig en kort, bijvoorbeeld door hem gewoon gedag te zeggen met een rustige, vriendelijke stem.
U hoeft hem dus niet helemaal te negeren. Ga hem echter niet uitgebreid knuffelen, dat kunt u later doen als hij helemaal kalm is. Om geluiden van buiten te maskeren wordt wel eens gebruik gemaakt van het aanzetten van de radio of een andere geluidsbron.
Dat kan handig zijn als u een hond heeft die snel blaft als hij iets hoort, maar pas wel op. Het komt regelmatig voor dat honden met verlatingsangst ook bang zijn voor geluiden. Angst voor geluiden tijdens het alleen zijn kan de angst voor het alleen zijn ook versterken.
Van een radio of televisie weet u niet zeker welke geluiden er voorbij zullen komen. Een plotseling geluid van bijvoorbeeld een reclame of geluidsfragment tijdens een nieuwsbericht kan uw hond juist extra angstig maken.
Wilt u geluiden afspelen tijdens uw aanwezigheid, kies dan liever voor een geluidsbron waarvan u zeker weet dat het de hond niet onrustig maakt. Reageert uw hond niet sterk op geluiden van buiten, dan hoeft u ook geen muziek of ander geluid aan te zetten als u gaat oefenen met het alleen blijven.
Er zijn veel verschillende gedragingen die uw hond kan laten zien als hij verlatingsangst heeft. Veel honden zullen janken, blaffen of piepen. Ook komt geregeld voor dat honden gaan slopen, vaak bij plaatsen waar u bent weggegaan zoals krabben aan de deur of vloer maar ook wel andere voorwerpen of meubilair.
In huis plassen of poepen kan ook een uiting van stress zijn. Andere tekenen van stress zijn bijvoorbeeld onrust, hijgen, bek aflikken, gapen, steeds van positie wisselen (staan, zitten, liggen), overmatig kwijlen en soms overgeven, zwetende voetzolen hebben of ineens haar verliezen.
- Vrij veel honden die verlatingsangst hebben, willen niet eten als ze alleen zijn;
- Er zijn echter ook honden die juist wél eten op momenten van stress;
- Het komt ook regelmatig voor dat honden eerst hun voer opeten maar zodra dat op is alsnog enorm gestrest raken door het alleen zijn;
Niet eten is dus vaak (niet altijd) een teken van stress; wél eten wil niet zeggen dat er niets aan de hand is! Honden met verlatingsangst volgen vaak hun eigenaar in huis, waar deze ook gaat. Omgekeerd is het niet zo, dat alle honden die de eigenaar in huis volgen ook slecht tegen alleen zijn kunnen.
- Honden met verlatingsangst zijn vaak ontzettend blij als de eigenaar terugkomt en het kan enkele minuten duren tot ze weer gekalmeerd zijn;
- Sommige dingen zijn opvallend zodra u thuiskomt, zoals plasjes, krassen op uw deur van nagels of een natte vacht door het kwijlen;
Sporen van uitbraakpogingen, zoals krassen, gesloopte deurposten en soms zelfs afgebroken en bloedende nagels zijn signalen dat de hond echt in paniek is en probeert te vluchten. Maar als uw hond vooral blaft en onrustig heen en weer loopt in huis, kunt u dat gemakkelijk missen.
Soms is het geblaf al gestopt omdat de hond uw auto de straat in hoort rijden en denkt u dat de hond er geen problemen mee heeft, tot u van de buren hoort dat hij tekeer is gegaan. Het is belangrijk dat u tijdens het oefenen goed in de gaten houdt of het echt wel goed gaat.
Als uw hond toch nerveus begint te worden, kan dat uitlopen op verlatingsangst. Let daarom goed op of u tekenen van onrust ziet bij uw hond. U kunt een filmcamera laten lopen als u oefent. Zo zult u het horen als hij blaft of zachtjes piept of zien als hij stresssignalen laat zien zoals onrustig heen en weer lopen of veel hijgen.
Heeft u geen camera dan kan een voicerecorder een aantal van deze signalen ook opvangen. U kunt ook een webcam of de camera van een mobiele telefoon gebruiken zodat u de hond via een andere mobiele telefoon kunt bekijken terwijl u oefent, bijvoorbeeld via software voor online meetings.
Op die manier kunt u direct reageren op wat u ziet en de oefening afbreken als u ziet dat de hond nerveus wordt. Let op: het is niet de bedoeling dat u via zo’n verbinding tegen uw hond praat terwijl u er niet bent! Zet de microfoon aan de kant van de hond uit zodat hij u en uw omgeving niet kan horen.
Hij moet immers wennen aan het alleen blijven, zonder enige vorm van uw aanwezigheid. Bovendien bestaat er een kans dat het averechts werkt en de hond juist extra naar u op zoek gaat. In sommige gevallen blijkt de reden waarom een hond blaft als hij alleen is niet te zijn dat hij angstig is, maar blaft hij omdat hij erg waaks is en steeds voorbijgangers ziet of hoort.
En er zijn ook honden die bijvoorbeeld gaan slopen uit verveling als ze te lang alleen zijn, of die in huis plassen omdat ze nog niet goed zindelijk zijn of om medische redenen of wellicht omdat ze te weinig zijn uitgelaten. Ook daarom is het van belang om bij dergelijke signalen het gedrag tijdens uw afwezigheid te filmen, zodat u kunt zien of er meer tekenen van stress en angst aanwezig zijn of dat er misschien andere redenen zijn waarom het alleen blijven niet goed gaat. Tijdens de hele training zijn er twee belangrijke dingen om op te letten:
- Laat uw hond nooit langer alleen dan hij aankan! Kom dus altijd op tijd terug. Dat betekent dat u niet ineens een uur kunt gaan winkelen als uw hond pas tien minuten alleen was gebleven in de training. De kans is dan groot dat hij alsnog bang wordt en dan moet u weer helemaal van voor af aan beginnen bij een paar tellen alleen. Waarschijnlijk wordt de training zelfs moeilijker omdat de hond nu de ervaring heeft dat alleen blijven hem een angstige ervaring oplevert.
- Straf de hond nooit voor zijn gedrag als hij toch eens is gaan blaffen, plassen of slopen. Het gedrag ontstaat immers vanuit spanning, angst of zelfs paniek, en als u hem gaat straffen wordt dat alleen maar erger omdat de situatie er voor hem nog vervelender van wordt. Angst verdwijnt niet door de hond ervoor te straffen. De hond kan er bovendien niets aan doen dat hij zich zo naar voelt: u wél, namelijk door hem niet langer alleen te laten dan hij aankan.
Als uw hond problemen heeft met het leren om alleen thuis te blijven of als hij al verlatingsangst vertoont, kan dit verschillende oorzaken hebben, bijvoorbeeld:
- Erfelijke aanleg
- Het is de hond nooit goed aangeleerd om alleen te blijven
- De hond heeft het wel geleerd en het ging goed, maar daarna hoefde hij een hele tijd nooit alleen thuis te blijven waardoor hij dit verleerde. Toen dit wel weer nodig was, is het niet opnieuw opgebouwd (denk aan situaties na vakanties of na ziekte of werkloosheid van de baas).
- De hond heeft iets engs of vervelends meegemaakt toen hij alleen was (bijvoorbeeld onweer of inbraak).
- Er is een plotselinge verandering van omstandigheden, bijvoorbeeld er is iemand uit het huishouden weggegaan door scheiding, uit huis gaan van kinderen of door overlijden. Of de hond is herplaatst, of u bent verhuisd.
- Oudere honden kunnen ineens problemen gaan krijgen met het alleen blijven, doordat er veranderingen in de hersenen plaatsvinden (zoals dementie).
- Fysieke aandoeningen kunnen effect hebben op het alleen blijven, denk aan blaasontsteking waardoor de hond ineens onzindelijk kan lijken, maar ook andere ziektes en pijn hebben effect op hoe de hond zich voelt. Het komt voor dat plotseling optredende verlatingsangst wordt veroorzaakt door een medisch probleem.
Sommige honden die, wanneer ze alleen moeten blijven, in een beperkte ruimte moeten zitten zoals in een bench of kleine kamer kunnen stress vertonen die niet te maken heeft met het alleen zijn maar met het ‘opgesloten’ zitten en doen het veel beter als ze vrij in huis mogen rondlopen. Opgesloten zijn betekent dat de hond geen controle heeft over zijn situatie en dat kan stress opleveren. Een hond met verlatingsangst ervaart stress, angst en soms paniek. Het is niet zo dat een hond bijvoorbeeld iets gaat slopen of in huis plast ‘omdat hij kwaad is dat hij niet mee mag’, ‘uit wraak’! En als uw hond zich ‘schuldig’ gedraagt wanneer u thuiskomt en er is iets gesloopt of er ligt plas, dan is dat niet omdat hij zich schuldig voelt.
- Regel dus een oppas! Ook een dagopvang of hondenuitlaatservice kunnen hierbij helpen;
- Hij neemt een onderdanige houding aan omdat hij merkt dat u niet blij of zelfs boos bent en hij wil voorkomen dat u agressie tegen hem vertoont, zoals boos tegen hem praten of hem op andere manieren straffen;
Maar hij snapt niet dat uw boosheid wordt veroorzaakt door iets wat hij misschien al een uur eerder heeft gedaan, uit angst, en hij weet ook niet dat dit ‘niet mag’: het was voor hem dan ook geen bewuste keuze maar een uiting van zijn stress en paniek! Verlatingsangst is een vervelend probleem dat de hond veel stress bezorgt en zijn welzijn en zijn gezondheid benadeelt.
Een goede opbouw op jonge leeftijd kan de kans op problemen verkleinen, maar verlatingsangst kan niet altijd voorkomen worden. Met een goede training en soms met medicijnen kan verlatingsangst behandeld worden.
Dit vergt wel inzet, want er is geen ‘quick fix’. De terugkerende stress van verlatingsangst is echter voor uw hond zowel heel vervelend als ongezond, en ook voor uw huisraad en de relatie met de buren is het belangrijk er iets aan te doen. Straf uw hond nooit voor zijn angst en gebruik nooit hulpmiddelen zoals een anti-blafband: deze werken averechts, geven de hond nog meer stress en zijn daardoor slecht voor het welzijn van de hond.
Hij blaft misschien niet meer, maar hij voelt zich waarschijnlijk nog ellendiger. Vertoont uw hond tekenen van verlatingsangst, ga dan eerst naar een dierenarts om mogelijke lichamelijke problemen uit te sluiten.
Een gediplomeerde hondengedragstherapeut of een veterinair gedragsspecialist kan u vervolgens helpen om een behandelplan op te stellen om het probleem aan te pakken. Hoe u aan betrouwbare adressen komt, leest u in het artikel over ‘ Gedragstherapie voor de hond ‘..
Waarom blijft mijn puppy in huis plassen?
Blaasontsteking – Als uw hond op verschillende plaatsen in huis kleine plasjes achterlaat is er vaak sprake van blaasontsteking. Andere symptomen van een blaasontsteking zijn: moeilijk of pijnlijk plassen, bloed bij de urine, troebele urine, koorts en veel drinken en plassen.
- Gesteriliseerde teven hebben een verhoogde kans op blaasontsteking;
- Blaasontsteking kan worden vastgesteld door urineonderzoek en is goed te behandelen;
- Er zijn een aantal natuurlijke middelen ter ondersteuning van de blaas en urinewegen;
Als de blaasontsteking snel terugkomt en bij blaasontsteking bij reuen en bij niet-gesteriliseerde teven moet je altijd alert zijn op andere aandoeningen. Denk aan nierbekkenontsteking, nierfalen, prostaatontsteking, blaasstenen, blaastumor, suikerziekte, of ziekte van Cushing.
Hoe vaak pup 14 weken uitlaten?
Laat het beestje elke drie tot vier uur uit. Het liefst na het eten, na een middagslaapje of na het spelen. Ook ‘s nachts moeten puppy’s hun behoefte doen. Kleine hondjes hebben nu eenmaal een kleine blaas.
Hoe geeft hond aan dat hij moet plassen?
Stap 1: Herkennen – Wanneer je pup zijn behoefte wil doen, kun je dit herkennen aan een aantal signalen. Zo snuffelt hij op de grond, loopt hij rondjes en/of hurkt hij. Wanneer je dit ziet, til je je puppy meteen op en zet je hem buiten neer. Hierdoor leert hij dat hij buiten moet plassen.
Hoe geeft een hond aan dat hij moet plassen?
Thuis voorkom je ongelukken en beloon je goed gedrag – Zodra je puppy thuis is, is de truc om ongelukjes te voorkomen en goed gedrag te belonen. Zorg er voor dat je pup regelmatig naar buiten gaat om iets te kunnen doen. In ieder geval na het eten, na het spelen, na het slapen en in het begin ook om het uur. Probeer daarnaast op je puppy te letten, is hij erg aan het snuffelen of rondjes aan het draaien? Dan is de kans groot dat hij zijn behoefte moet doen.
Hondjes houden vaak automatisch hun plas in zodra je ze oppakt. Dus als je iets aan ziet komen snel je pupje pakken en neer zetten waar hij zijn behoefte mag doen. Als je zelf even rust wilt is het handig de pup in zijn bench te zetten.
Hij zal niet alleen meer moeite doen om zijn eigen slaapplekje schoon te houden, maar ook minder snel weer ‘moeten’ omdat hij minder beweegt en de blaas juist door dat bewegen geprikkeld wordt. Heb je een pupje dat in de bench plast? Probeer dan of de bench verkleinen helpt, door er bijvoorbeeld een grote stevige doos in te zetten.
Wat te doen als puppy in huis plast?
Markeergedrag – Sommige mannelijke intacte honden hebben de neiging om overal ‘geurvlaggen’ te gaan plaatsen. Deze manier van plassen wordt markeren genoemd. Ze doen dit om hun territorium af te bakenen. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat dit binnenshuis gebeurt! Wanneer de positie van de hond binnen de groep of het gezin niet duidelijk is, kan dit optreden.
Maar ook bij het zien van een andere hond, een loops teefje in de buurt of een andere hond in huis, kan dit optreden. Gehoorzaamheidstraining kan helpen om goed de regels te stellen en duidelijk leiderschap naar de hond toe te tonen.
Ook (chemische) castratie biedt een uitkomst. Straf jouw hond nooit bij het vinden van een ongewenst plasje. Duw hem er zeker niet met zijn neus in. Straffen maakt de situatie alleen maar erger! Negeer het plasje en maak de plek zo goed mogelijk schoon. Beloon je hond als hij zijn behoefte wel op de juiste plaats doet.
Heb tijd en geduld, maak je hond zelfzeker en laat hem vaak buiten. Geleidelijk aan zal het jullie lukken om de onzindelijkheid te laten verdwijnen. Wanneer het maar niet lukt, kan gedragstraining noodzakelijk zijn.
Om de training te ondersteunen kan je gebruik maken van Kalmerende voedingssupplementen. Deze supplementen helpen tegen stress en spanning, factoren die ongewenst plasgedrag veroorzaken. Bestel hier je voedingssupplement voor je hond tegen angst, stress en spanning.